Afbeelding 8. EZ-Connect2-adapter met dubbele cilinder
1 Ondersteunende gastoevoerleiding
WAARSCHUWING: Zorg dat er voldoende argongas beschikbaar is om de geplande cryoablatieprocedure uit
te voeren: het aantal en type naalden, de grootte van de gascilinder, de druk en de snelheid van de gasstroom
zijn van invloed op het vereiste gasvolume (raadpleeg het gedeelte Externe gastoevoer voor vereisten inzake
gaszuiverheid). Er moet voor elke behandeling minstens één volle reservecilinder beschikbaar zijn.
10� Zorg ervoor dat de Gasindicator (scherm 9) de minimale werkdruk weergeeft voordat een procedure wordt gestart
(tabel 7)� De gasindicator moet aangeven dat de druk in het groene bereik is� Als het systeem detecteert dat de
drukwaarde voor een van de gascilinders minder dan 50 psi (3,4 bar, 0,344 MPa) bedraagt, verschijnt er een bericht
op de Navigatiewerkbalk (scherm 9)� Sluit de gascilinders aan op het Visual-ICE-cryoablatiesysteem�
Scherm 9. Bericht No Gas Connected (Geen gas aangesloten)
Tabel 7. Werkgasdruk
Gas
Nominale werkdruk
Argon
3500 psi
241 bar
24,1 MPa
Helium
2200 psi
152 bar
15,2 MPa
OPMERKING: Als er geen helium is aangesloten, kan het actieve ontdooien worden uitgevoerd met een
cryoablatienaald met i-Thaw-functie� Het systeem stuurt argongas met een druk van 500 psi (34 bar, 3,4 MPa) door
de naald en activeert het inwendige verwarmingselement van de naald die geschikt is voor i-Thaw-functie wanneer
de knop Thaw (Ontdooien) wordt ingedrukt�
Black (K) ∆E ≤5.0
2 Vierwegadapter met manometer
Werkdrukgrenzen
3200 psi tot 3800 psi
221 bar tot 262 bar
22,1 MPa tot 26,2 MPa
1800 psi tot 2500 psi
124 bar tot 172 bar
12,4 MPa tot 17,2 MPa
508
3 Gastoevoerslang