Radiologie
1. MRI-systemen die aan de volgende criteria voldoen:
• alleen een MRI-magneetsterkte van 1,5T, in een horizontaal gesloten systeem (geen verticaal
veld, staande, of systemen voor ledematen)
• Hellende systemen met een maximale hellingsnelheid per as van minder dan of gelijk aan
200 T/m/s.
• Maximale ruimtelijke helling bij statisch veld van minder dan of gelijk aan 40 T/m
(4.000 gauss/cm).
2. MRI-spoelinstelling:
• alleen 1,5T zenden/ontvangen RF-kwadraat hoofdspoel
• Geen andere hoofdspoelen voor zenden/ontvangen mag worden gebruikt voor delen van het
lichaam of het lichaam als geheel.
• Alleen hydrogeen/proton beeldvorming
3. Status en plaatsing van de patiënt:
• De patiënt is alleen in liggende positie, met het hoofd in het midden van de hoofdspoel voor
zenden/ontvangen.
• Bevestig dat geen enkel onderdeel van het Precision Spectra™
ruggenmergstimulatiesysteem (bijvoorbeeld de geïmplanteerde leads, IPG enzovoort) op
een afstand komt van minder dan 10 cm ten opzichte van de hoofdspoel. Een manier om dit
te controleren, is:
a. De distale punt van de lead is inferieur ten opzichte van het niveau van borstwervel T5
(tussen T12 en T5).
b. De IPG is geïmplanteerd in het bovenste bilgedeelte of de onderste flank.
• Laat de patiënt bevestigen dat diens IPG volledig is opgeladen (IPG-lading wordt
aangegeven als drie (3) strepen op de afstandsbediening).
• De patiënt heeft m.b.v. de afstandsbediening de stimulatie op "Off" (uit) gezet.
4. Instellingen van het MRI-systeem:
• Scannerwerking op of onder de limieten van normale werking voor blootstelling aan RF
en helling: RF-hoofd SAR < 3,2 W/Kg (Opmerking: de gemiddelde SAR-waarde van het
volledige lichaam geldt niet voor het scannen van het hoofd met zenden/ontvangen.)
5. Monitoring:
• De patiënt moet constante audiovisuele monitoring hebben tijdens de MRI.
ImageReady™ MRI Richtlijnen voor Precision Spectra™ ruggenmergstimulatiesysteem
Gebruiksvoorwaarden voor MR
91061672-02 Versie A 105 van 397