Télécharger Imprimer la page

Medtronic DBS Mode D'emploi page 102

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 33
All manuals and user guides at all-guides.com
Raadpleeg "Bijlage A: Elektromagnetische interferentie (EMI) en mechanische
interferentie" op blz. 99 voor richtlijnen bij medische procedures die EMI
opwekken en de mogelijke bijwerkingen van EMI op een geïmplanteerd DBS-
systeem.
Interactie met geïmplanteerde cardiale apparaten - Wanneer voor een patiënt zowel
een neurostimulator als een geïmplanteerd cardiaal apparaat (zoals een pacemaker of
defibrillator) nodig is, dienen de betrokken artsen (neuroloog, neurochirurg, cardioloog,
hartchirurg) vóór de operatie te overleggen welke interactie tussen de beide apparaten
kan optreden.
Tot de mogelijke gevolgen van interactie tussen apparaten behoren onder meer:
De defibrillatietherapie van een geïmplanteerde defibrillator kan de neurostimulator
beschadigen.
De elektrische pulsen van het neurostimulatiesysteem kunnen de waarneming door
een cardiaal apparaat verstoren en ongewenste effecten veroorzaken.
Beperken van mogelijke interactie:
Implanteer de apparaten elk aan een andere kant van het lichaam en volg alle
aanvullende aanwijzingen op.
Programmeer de neurostimulator op een bipolaire configuratie en op een minimale
frequentie van 60 Hz. Stel het cardiale apparaat in op bipolaire waarneming.
Zie ook: "Locatie van de neurostimulator" op blz. 88.
MR Conditional (MR-veilig onder voorwaarden) – DBS-therapiesystemen van
MR
Medtronic zijn MR-veilig onder bepaalde voorwaarden (MR Conditional). Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing MRI-richtlijnen voor neurostimulatiesystemen van Medtronic voor
diepe hersenstimulatie (DBS) voor veiligheidsinformatie en instructies. Maak geen MRI-
scan van een patiënt bij wie (een onderdeel van) een DBS-systeem is geïmplanteerd,
voordat u alle MRI-informatie en -veiligheidsrichtlijnen in deze handleiding en in de
gebruiksaanwijzing MRI-richtlijnen voor neurostimulatiesystemen van Medtronic voor
diepe hersenstimulatie (DBS) volledig heeft gelezen en begrepen. Wanneer bij scans niet
aan deze voorwaarden wordt voldaan, kan dat leiden tot ernstig letsel van de patiënt of
storing van het apparaat.
Overwegingen ten aanzien van explantatie en MRI-scans - Bij patiënten met een deels
geëxplanteerd DBS-systeem dat geen therapie meer levert, moet de verlengkabel bij de
geleidingsdraad en bij de neurostimulator worden losgekoppeld en verwijderd, zodat er
geen contra-indicatie ontstaat voor een eventuele MRI-scan. Als de geleidingsdraad niet
wordt verwijderd, moet deze worden afgedopt. Als de verlengkabel niet wordt
losgekoppeld en verwijderd, kan dat leiden tot oververhitting rond de
geleidingsdraadelektroden, waardoor thermische laesies kunnen ontstaan. Deze laesies
kunnen coma, verlamming of de dood tot gevolg hebben. Als de geleidingsdraad niet
wordt afgedopt, kan dat leiden tot ongewenste stimulatie.
Plaatsing van de stelschroefconnector in de nek - Plaats de stelschroefconnector niet
in het zachte nekweefsel. Er bestaat een mogelijk verband tussen deze locatiekeuze en
een hogere incidentie van geleidingsdraadbreuk, waardoor operatieve vervanging
noodzakelijk is.
Informatie voor voorschrijvend artsen 2017-05-01  Nederlands 85

Publicité

loading