Tracoe Comfort Instructions D'utilisation page 53

6. Canules met connector / adapter
6.1 Canules met 15 mm connector
TRACOE comfort canules met een 15 mm connector worden bijv.
bij het opzetten van een kunstneus, die de ingeademde lucht filtert,
bevochtigd en verwarmd, gebruikt als vocht- en warmtewisselaar
(HME) (bijv. TRACOE humid assist IV REF 642).
Als alternatief voor de spraakventielen van type A of type B kan
op de 15 mm connector van een gevensterde comfort canule (bijv.
REF 115) een spraakventiel met silicone membraan worden gestoken
(bijv. TRACOE phon assist REF 650-T, REF 650-TO of REF 655-T).
Let op: Voor het losmaken van zeer vast zittende verbindingen, bij-
voorbeeld een kunstneus van een 15 mm connector, moet een voor
dergelijke gevallen geschikte scheidingshulp gebruikt worden. Grover
gereedschap zou de tracheostomiecanule kunnen beschadigen.
6.2 Canules met 22 mm adapter
TRACOE comfort canules met 22 mm adapter worden ook gebruikt
voor het opzetten van kunstneuzen, bijv. TRACOE humid assist I
REF 640-S, en spraakventielen, bijv. TRACOE phon assist REF 650-S
en REF 655-S.
NL
7. Gebruik van de TRACOE comfort canules
7.1 Voorbereiding
Over het algemeen moet voor het gebruik van de canule in het trache-
ostoma worden gecontroleerd, of de binnencanule lichtlopend in de
buitencanule kan worden ingeschoven.
Gebruikt u aub geen alternatieve producten voor de TRACOE paraf-
fine-olie REF 902. Andere oliesoorten, bijv. stoma-olie, kunnen de
binnencanule aan de buitencanule doen plakken.
Aan een zijde van het canuleplaatje wordt de canuleband bijv.
REF 903-F aangebracht en een tracheaal kompres bijv. REF 910-A
o -B over het canulebuisje geschoven.
Het inzetten van de canule wordt vereenvoudigd, indien het canule-
buisje aan de buitenzijde wordt voorzien van een in water oplosbare
glijdgel.
104
7.2 Aanbrengen van de canule
De canule wordt met één hand bij het plaatje vastgenomen; met de
andere wordt het tracheostoma tussen wijs- en middelvinger gespreid.
De canule wordt tijdens het inademen voorzichtig in het tracheostoma
geschoven. De licht naar achter hellende kop vergemakkelijkt deze
stap. Met het verder inschuiven in de trachea kan de kop weer recht
worden gehouden. Afsluitend wordt de canule met de canuleband
geborgd, door haar te bevestigen aan de vrije opening van het plaatje.
Let op een spanningsvrij zitten van de canule in het tracheostoma. De
plaats van de canule mag door de houdband niet veranderd worden.
Het uitnemen van de canule wordt door een licht naar achter hellende
kop vereenvoudigd.
7.3 Gebruik van de binnencanule
Indien er zich in de binnencanule hardnekkig secreet verzamelt dat
niet kan worden afgezogen en de luchtdoorgang hindert, dan kan het
komen tot een afsluiten van de canule. Er bestaat dan acuut gevaar
voor verstikking.
De binnencanule moet verwijderd en gereinigd worden. Daartoe wordt
het canuleplaatje van de buitencanule met één hand vastgenomen. De
andere hand draait de binnencanule enkele millimeter in uurwerkwij-
zerzin (gezien vanaf de patiënt bij liggende canule) en trekt ze daarop
uit de buitencanule. De buitencanule blijft in het tracheostoma en zorgt
voor een open, veilige ademweg.
Bij het terug invoeren van de gereinigde en licht geoliede binnen-
canule (zie punt 8) moet er worden op gelet, dat deze niet verdraait
of afknikt. Het plaatje van de binnencanule wordt door licht draaien
achter het nokje op het plaatje van de buitencanule geschoven en zo
gefixeerd (zie afbeeldingen 1-3, model met haak onderaan het schild).
8. Reiniging en onderhoud
De reinigingsintervallen zijn sterk afhankelijk van de onderliggende
ziekte, de hoeveelheid en de vorm van de secretie, de neiging tot
korstvorming en de individuele noden van de patiënt.
De TRACOE comfort binnencanules moeten minstens dagelijks
gereinigd worden. De betreffende gebruiksduur van de buitencanules
moeten met de behandelende arts afgesproken worden.
NL
105