Veegspiegel van de zijbezems
controleren
Luchtdruk banden controleren.
Zijbezems opheffen.
Veegmachine op een egale en gladde
bodem rijden die duidelijk met stof of
krijt bedekt is.
Zijbezems laten zakken en een tijdje la-
ten draaien.
Zijbezems opheffen.
Apparaat achterwaarts wegrijden.
Veegmachine op een egaal oppervlak
neerzetten.
Veegspiegel controleren.
De breedte van de veegspiegel moet tus-
sen 40-50 mm liggen.
Instructie: Door de drijvende kogellager
van de zijbezem stelt de veegspiegel zich
bij slijtage van de borstels automatisch bij.
Bij te sterke slijtage moet de zijbezem ver-
vangen worden.
Zijbezem verwisselen
Veegmachine op een egaal oppervlak
neerzetten.
Programmaschakelaar op markering 1
(rijden) zetten. Zijbezems worden om-
hoog gebracht.
Contactsleutel op '0' draaien en sleutel
uittrekken.
3 bevestigingsschroeven aan de onder-
kant losdraaien.
zijbezem erafnemen.
Nieuwe zijbezem op meenemer steken
en vastschroeven.
Veegrol controleren
Veegmachine op een egaal oppervlak
neerzetten.
Programmaschakelaar op markering 1
(rijden) zetten. Veegrol wordt omhoog
gebracht.
Contactsleutel op '0' draaien en sleutel
uittrekken.
Apparaat met blok tegen wegrollen be-
veiligen.
Banden of snoeren van veegrol verwij-
deren.
Keerspiegel van de keerrol controleren
Instructie: Door het drijvende kogellager
van de keerrol stelt de veegspiegel zich bij
slijtage van de borstels automatisch bij. Bij
te sterke slijtage moet de veegrol vervan-
gen worden.
Programmaschakelaar op markering 1
(rijden) zetten. Veegrol en zijbezems
worden opgeheven.
Veegmachine op een egale en gladde
bodem rijden die duidelijk met stof of
krijt bedekt is.
76
Veegrol laten zakken en korte tijd laten
draaien.
Veegrol omhoog brengen.
Pedaal voor het opheffen van de grof-
vuilklep bedienen en pedaal ingedrukt
houden.
Apparaat achterwaarts wegrijden.
De vorm van de veegspiegel vormt een ge-
lijkmatige rechthoek die tussen 50 -70 mm
breed is.
Veegrol verwisselen
Het verwisselen is nodig, als door het ver-
slijten van de borstels het veegresultaat
zichtbaar minder wordt.
Veegmachine op een egaal oppervlak
neerzetten.
Programmaschakelaar op markering 1
(rijden) zetten. Veegrol wordt omhoog
gebracht.
Contactsleutel op '0' draaien en sleutel
uittrekken.
Apparaat met blok tegen wegrollen be-
veiligen.
Veeggoedreservoir aan de linkerkant
lichtjes optillen en eruit trekken.
1 Schroef
2 Zijbekleding
Bevestigingsschroef van het zijpaneel
links losdraaien.
Zijpaneel wegnemen.
1 Veer
Beide trekveren eruit halen.
11
NL
-
1 Bevestigingsschroef van de onderdruk-
doos
2 Bevestigingsmoer van de grofvuilklep
3 Schroef van de veegrolcoulisse
Bevestigingsschroef uit de onderdruk-
doos draaien en hendel loszetten.
Bevestigingsmoer van de grofvuilklep
eruit draaien en grofvuilklep eruit halen.
Schroef op de veegrolcoulisse uitdraai-
en.
1 Afdekking
2 Veegrol
Veegrolafdekking naar links schuiven
en wegnemen.
Veegrol uitnemen.
Nieuwe veegrol in de veegrolkast schui-
ven en op de aandrijfpen steken.
Instructie: Bij de inbouw van de nieu-
we veegrol op de positie van de borstel-
set letten.
Inbouwplaats van de veegrol in de rijrich-
ting
Veegrolafdekking aanbrengen.
Bevestigingsschroeven en -moer vast-
schroeven.
Trekveer eruit halen.
Zijpaneel opschroeven.
Veeggoedreservoir aan beide kanten
erin schuiven en laten vastklikken.