Gebruiksaanwijzing
Inhoudsopgave
1
Veiligheid.......................................................... 178
1.1
Reglementair gebruik......................................... 178
1.2
Algemene veiligheidsinstructies ........................ 178
2
Aanwijzingen bij de documentatie ................. 180
3
Productbeschrijving ........................................ 180
3.1
Beschrijving van het product ............................. 180
3.2
Koelbedrijf.......................................................... 180
3.3
Warmtepompsysteem........................................ 180
3.4
Werkwijze van de warmtepomp......................... 180
3.5
Veiligheidsinrichtingen ....................................... 181
3.6
Opbouw van het product ................................... 181
3.7
Overzicht bedieningselementen ........................ 181
3.8
Bedieningselementen ........................................ 182
3.9
Weergegeven symbolen .................................... 182
3.10
Typeaanduiding en serienummer ...................... 182
3.11
CE-markering..................................................... 183
3.12
Gefluoreerde broeikasgassen ........................... 183
3.13
Waarschuwingssticker ....................................... 183
4
Bedrijf ............................................................... 183
4.1
Bedieningsconcept ............................................ 183
4.2
Product in gebruik nemen.................................. 183
4.3
Taal instellen...................................................... 183
4.4
Instellingen aan de systeemthermostaat
uitvoeren ............................................................ 184
4.5
Energiegegevens laten weergeven ................... 184
4.6
Statuscodes oproepen....................................... 184
4.7
Gewenste boilertemperatuur aanpassen........... 184
4.8
Vorstbeveiligingsfunctie ..................................... 184
5
Onderhoud ....................................................... 184
5.1
Product onderhouden ........................................ 184
5.2
Onderhoud......................................................... 184
5.3
Onderhoudsmeldingen aflezen.......................... 184
5.4
Vuldruk van de CV-installatie controleren ......... 184
6
Verhelpen van storingen................................. 185
6.1
Noodbedrijfmeldingen begrijpen........................ 185
6.2
Foutmeldingen aflezen ...................................... 185
6.3
Storingen herkennen en verhelpen ................... 185
7
Uitbedrijfname.................................................. 185
7.1
Product tijdelijk buiten bedrijf stellen ................. 185
7.2
Product definitief buiten bedrijf stellen............... 185
8
Recycling en afvoer......................................... 185
8.1
Koudemiddel laten afvoeren .............................. 185
9
Garantie en klantendienst............................... 186
9.1
Garantie ............................................................. 186
9.2
Serviceteam....................................................... 186
Bijlage............................................................................... 187
A
Verhelpen van storingen................................. 187
B
Menustructuur gebruikersniveau................... 187
B.1
Menupunt hoofdmenu........................................ 187
8000017396_01 Gebruiksaanwijzing
177