– het hakselen en klein hakken van
boom- en heggensnoeisel,
– het schoonmaken van voetpaden
(opzuigen, wegblazen),
– het egaliseren van oneffenheden in de
bodem, zoals bijv. molshopen.
6.2 Kleding en uitrusting
Draag stevige schoenen met
grip en werk nooit blootsvoets of
bijvoorbeeld met sandalen,
– wanneer de robotmaaier met behulp
van de bedieningsconsole wordt
verreden,
– wanneer u de robotmaaier tijdens
bedrijf nadert,
– wanneer het gazon met de hand wordt
gemaaid. (
4.2)
Draag bij het installeren, bij
onderhoudswerkzaamheden en
alle andere werkzaamheden
aan het apparaat en aan het
dockingstation geschikte werkkleding.
Draag nooit losse kledingstukken die aan
draaiende onderdelen kunnen blijven
hangen – ook geen sieraden, geen
stropdassen en geen sjaals.
Draag een lange broek,
– wanneer u de robotmaaier tijdens
bedrijf nadert,
– wanneer u het gazon met de hand
maait.
Draag bij onderhouds- en
reinigingswerkzaamheden, bij
het leggen en verwijderen van
draden en bij het vastzetten van
het dockingstation altijd stevige
handschoenen.
0478 131 9933 A - NL
Bescherm de handen bij alle
werkzaamheden aan het maaimes en bij
het inslaan van de bevestigingspennen en
de haringen van het dockingstation.
U dient bij alle werkzaamheden aan het
apparaat lang haar samen te binden en te
bedekken (met een hoofddoek, muts,
enz.).
Draag bij het inslaan van de
bevestigingsnagels en de
haringen van het dockingstation
een geschikte veiligheidsbril.
6.3 Waarschuwing - gevaar voor
elektrische schokken
Opgelet!
Kans op stroomstoten!
Voor de elektrische
veiligheid zijn een intacte
voedingskabel en een
intacte stekker op de
voeding erg belangrijk.
Beschadigde kabels, koppelingen
en stekkers of aansluitkabels die
niet aan de voorschriften voldoen,
mogen niet gebruikt worden, zodat
gevaar voor elektrische schokken
kan worden voorkomen.
Controleer de aansluitkabel daarom
regelmatig op beschadigingen of
slijtage (barsten).
Alleen originele voeding gebruiken.
Gebruik de voeding niet,
– als deze beschadigd of versleten is,
– als er bedrading beschadigd of
versleten is. Controleer de
voedingskabel regelmatig op schade en
veroudering.
Onderhouds- en
herstellingswerkzaamheden aan
voedingskabels en aan de voeding mogen
alleen door speciaal opgeleide vaklui
worden uitgevoerd.
Gevaar voor stroomstoten!
Een beschadigde kabel mag niet op het
stroomnet worden aangesloten en u mag
een beschadigde kabel pas aanraken als
deze is losgekoppeld.
De aansluitkabels op de voeding mogen
niet worden veranderd (bijv. ingekort). De
kabel tussen de voeding en het
dockingstation mag niet worden verlengd.
Gevaar voor stroomstoten!
Beschadigde kabels, koppelingen en
stekkers of aansluitkabels die niet aan de
voorschriften voldoen, mogen niet worden
gebruikt.
Let er altijd op dat de gebruikte
voedingskabels voldoende beveiligd zijn.
Verwijder de aansluitkabel met de stekker
en de stekkerbus en trek niet aan de
aansluitkabels zelf.
U mag het apparaat alleen op een voeding
aansluiten die beveiligd is door een
foutstroombeveiliging met een
afschakelstroom van maximaal 30 mA.
Voor nadere informatie kunt u terecht bij
de elektricien.
Als de adapter wordt aangesloten op een
voeding buiten een gebouw, dan moet het
stopcontact voor gebruik buitenshuis
goedgekeurd zijn. Voor nadere informatie
over de landspecifieke voorschriften kunt u
terecht bij de elektricien.
Bedenk dat het apparaat bij het aansluiten
op een stroomaggregaat door
spanningsschommelingen kan worden
beschadigd.
267