– Dockingstation niet aangesloten op het
elektriciteitsnet
– Aandokken met fouten
– Laadcontacten gecorrodeerd
Oplossing:
– Geen actie vereist – opladen van de
accu gebeurt automatisch na het dalen
onder een bepaalde spanning
– Stroomvoorziening van het
dockingstation controleren (
– Robotmaaier op het maaivlak
uitschakelen en terug naar het
dockingstation (
11.5) sturen, hierbij
nagaan of hij goed aandokt – zo nodig
positie van dockingstation verbeteren
(
9.6)
– Laadcontacten vervangen ( )
Storing:
Aandokken werkt niet
Mogelijke oorzaak:
– Oneffenheden bij de toegang tot het
dockingstation
– Aandrijfwielen of bodemplaat vuil
– Begrenzingsdraad bij dockingstation
onjuist gelegd
– Uiteinden van de begrenzingsdraad
niet ingekort
Oplossing:
– Oneffenheden bij de toegang verhelpen
(
9.6)
– Aandrijfwielen en bodemplaat van het
dockingstation reinigen (
– Begrenzingsdraad opnieuw leggen –
nagaan of deze bij het dockingstation
goed ligt (
9.7)
– Begrenzingsdraad zoals beschreven
inkorten en zonder draadreserves
leggen – uitstekende uiteinden niet
oprollen (
9.8)
332
Storing:
Robotmaaier rijdt aan het dockingstation
voorbij of dokt scheef aan
Mogelijke oorzaak:
– Draadsignaal door invloeden van
buitenaf beïnvloed
– Begrenzingsdraad bij dockingstation
onjuist gelegd
9.6)
Oplossing:
– Robotmaaier en dockingstation
opnieuw koppelen – erop letten dat de
robotmaaier voor het koppelen recht in
het dockingstation staat (
– Begrenzingsdraad opnieuw leggen –
nagaan of deze bij het dockingstation
goed ligt (
Controleren of de uiteinden van de
begrenzingsdraad goed op het
dockingstation zijn aangesloten (
Storing:
De robotmaaier is over de
begrenzingsdraad heengereden
Mogelijke oorzaak:
– Begrenzingsdraad is onjuist gelegd,
afstanden zijn niet juist
– Te grote helling in het maaivlak
– Stoorvelden beïnvloeden de
robotmaaier
Oplossing:
– Ligging van de begrenzingsdraad
16.2)
controleren (
de iRuler controleren (
– Ligging van de begrenzingsdraad
controleren, zones met een te grote
helling afzetten (
– VIKING vakhandelaar contacteren ( )
11.16)
9.7)
9.8)
11.14), afstanden met
12.5)
11.14)
Storing:
De robotmaaier zit vaak vast
Mogelijke oorzaak:
– Snijhoogte te laag
– Aandrijfwielen vuil
– Kuilen, hindernissen op het maaivlak
Oplossing:
– Snijhoogte hoger zetten (
– Aandrijfwielen reinigen (
– Gaten in het maaivlak dichtmaken,
verboden zones rond hindernissen
aanbrengen, hindernissen verwijderen
(
9.7)
Storing:
De stootsensor wordt niet geactiveerd
wanneer de robotmaaier een hindernis
raakt
Mogelijke oorzaak:
– Lage hindernis (minder dan 10 cm
hoog)
– De hindernis zit niet vast aan de
ondergrond – bijv. fruit uit een boom of
een tennisbal
Oplossing:
– Hindernis verwijderen of met verboden
zone afbakenen (
12.7)
– Hindernis verwijderen
Storing:
Rijsporen aan de rand van het maaivlak
Mogelijke oorzaak:
– Te vaak randmaaien
– Startpunten in gebruik
– Accu wordt aan het einde van de
levensduur zeer vaak opgeladen
0478 131 9933 A - NL
9.4)
16.2)