6.
Afronden van de werkzaam-
heden
Na het gebruik van de GVCI-MX waarborgen een paar
eenvoudige stappen, dat de voertuigelektronica in de
juiste toestand wordt verlaten en voor een zo effectief
mogelijk gebruik van de diagnosetools:
1. Voor het uitschakelen van de GVCI-MX alle actieve
computerprogramma's sluiten.
2. DLC-kabel van de GVCI-MX van het voertuig losmak-
en.
3. De GVCI-MX door ontkoppelen van de voedingsspan-
ning uitschakelen. De Power-LED gaat uit.
4. USB-verbindingskabel van de PC/laptop en GVCI-MX
lostrekken.
5. GVCI-MX, kabels en andere delen op een veilige droge
plaats bewaren.
7.
Probleemoplossing
Dit hoofdstuk beschrijft maatregelen die moeten wor-
den uitgevoerd wanneer de GVCI-MX niet correct lijkt te
werken. Naast de meest waarschijnlijke oorzaak van de
fout worden ook nog andere mogelijke oorzaken geno-
emd en tips gegeven, hoe het probleem kan worden
geïsoleerd en opgelost.
7.1
Het diagnosetoestel doorstaat de
Power On Self-Test (POST) niet
Meest waarschijnlijke oorzaak:
R
Intern probleem diagnosetoestel.
Aanbevelingen:
¶
Diagnosetoestel via USB op een computer aansluiten
en de Recovery (herstel) uitvoeren.
7.2
Fout-LED op het diagnosetoestel
brandt na het inschakelen
Meest waarschijnlijke oorzaak:
R
Bij het inschakelen is een probleem vastgesteld.
Aanbevelingen:
¶
Schakel het diagnosetoestel uit en controleer of het-
zelfde probleem optreedt, wanneer de voeding weer
wordt ingeschakeld.
¶
Diagnosetoestel via USB op een computer aansluiten
en de Recovery (herstel) uitvoeren.
Bosch Automotive Service Solutions GmbH
Afronden van de werkzaamheden | GVCI-MX | 281
7.3
Diagnosetoestel schakelt niet in
Het diagnosetoestel moet direct na het aansluiten van de
externe stroombron inschakelen. Controleer wanneer het
diagnosetoestel niet inschakelt, eerst de kabelverbindin-
gen. Probeer vervolgens het diagnosetoestel met de an-
dere van de beide voedingsbronnen, DLC-aansluiting of
USB-aansluiting, te verbinden.
Aanbevelingen:
¶
Leiding op goede bevestiging op het diagnosetoestel
en schone contacten controleren.
¶
Wanneer het diagnosetoestel op de DLC-aansluiting
van het voertuig is aangesloten, de voeding via de
USB-aansluiting proberen.
¶
Wanneer het diagnosetoestel door de USB-aansluit-
ing wordt gevoed, de voeding via de DLC-aansluiting
van het voertuig proberen.
7.4
"Voertuig"-LED knippert rood
Als GVCI-MX geen 12 V/24 V detecteert aan pen 16 van
de diagnoseaansluitkabel, brengt GVCI-MX de gebruiker
op de hoogte door de LED van het voertuig automatisch
in te schakelen en rood te laten knipperen. Deze situatie
kan optreden, wanneer de GVCI-MX de voedingsspan-
ning alleen via een 5 V USB-verbinding met de PC krijgt.
Wanneer de GVCI-MX 12 V aan pen 16 detecteert, moet
de voertuig-LED rood knipperen.
Aanbevelingen:
¶
Controleren of 12 V wordt gedetecteerd aan pen 16
van de DLC-kabel.
7.5
Vermoeden van defect aan de kabel
voor de gegevensoverdracht (DLC)
Wanneer het vermoeden bestaat, dat de DLC-kabel
defect is, ter vergelijking een test met een tweede DLC-
kabel uitvoeren.
Aanbevelingen:
¶
Met een andere DLC-kabel de verbinding met het
voertuig maken. Wanneer de verbinding goed wordt
opgebouwd, de defecte DLC-kabel vervangen.
¶
Op een ander voertuig aansluiten, om de aansluit-
ing op het voertuig als oorzaak van de storing uit te
sluiten.
7.6
Draadloze communicatie met het
netwerk via WLAN-dongle mislukt
De WLAN-dongle is niet voor het maken van een draad-
loze verbinding met een computernetwerk bedoeld.
De WLAN-dongle is alleen bedoeld voor gebruik met
GVCI-MX voor punt-naar-punt-communicatie of de com-
municatie met het eigen WLAN-werkplaatsnetwerk.
nl
|
1 689 989 447
2020-03-02