Wilo -FireSet UL FM Notice De Montage Et De Mise En Service page 131

Installation de protection contre l'incendie
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 73
Nederlands
Checklist
voor inbedrijfname en onderhoudscontract
Wilo-FireSet met elektrische/dieselmotoren
Pagina 2
Uitrustingnr.:
Onderhoudsprogramma
Wekelijkse controles
š
1
Controleer de ventilatie en temperatuur van de ruimte
1
Algemene inspectie van de installatie (inclusief aanvoer van water en stroom) om de staat van alle onderdelen te controleren
(geen lekken)
2
Algemene reiniging
3
Controleer of de terugslagkleppen goed dicht zitten
4
Controleer of de schakelkast in de automatische startmodus staat
5
Controleer de werking van het elektronische schakelpaneel
6
Controleer de werking van de alarm LED's van het schakelpaneel
7
Controleer de werking van het alarm voor het minimale niveau van tank/waterreservoir/put
8
Controleer de elektrische aansluitingen en zorg ervoor dat de klemmenstroken geen brandschade, beschadigd isolatiemateriaal of
losse schroeven hebben
10
Controleer de voorvulling van de membraantanks
13
Controleer de werking van het alarm voor het minimumbrandstofpeil
14
Controleer de correcte werking van de motorolieverwarmer
15
Controleer het laadniveau van de accu's en de correcte werking van de acculader
16
Controleer de werking van de elektromagneet voor stoppen
17
Controleer het peil en de viscositeit van de olie voor de pompkoeling
18
Controleer de werking van het vulcircuit (vooral als er installaties zijn met zuighoogte)
Let tijdens alle controles op het volgende:
19
a) alle drukmetingen op de water- en luchtdrukmeters (installatie, hoofdleidingen en tanks onder druk)
20
b) alle waterniveaus in verhoogde particuliere opslagtanks, rivieren, kanalen, meren, opslagtanks (inclusief pomptoevoerreservoirs en
reservoirs onder waterdruk)
21
c) de correcte stand van alle hoofdafsluiters
Test voor automatisch opstarten
De volgende aspecten van de automatische pompen moeten worden gecontroleerd en getest:
22
a) controleer het brandstof- en smeeroliepeil in de dieselmotor
23
b) verlaag de waterdruk in het startapparaat om automatische opstartomstandigheden te simuleren
24
c) controleer en noteer de druk wanneer de pomp start
25
d) controleer de oliedruk in dieselmotorpompen
e) controleer of de waterdoorstroming voor de warmtewisselaar (indien aanwezig) voldoende is
Test voor opnieuw opstarten dieselmotor
Controleer de dieselmotoren onmiddellijk na de voorgaande test voor het opstarten van de pomp:
26
a) Laat de motor 20 min. draaien op het nominale bedrijfspunt. Zet de motor af en start deze onmiddellijk opnieuw d.m.v. de testknop voor
handmatige start
27
b) Controleer het waterpeil in het primaire circuit van het omloopkoelsysteem.
Controleer tijdens de test de oliedruk (lees af op de manometer), de motortemperatuur en de doorstroming van het koelmiddel.
Controleer de olieleidingen en inspecteer de installatie in het algemeen op lekken (brandstof, koelmiddel of uitlaatgassen)
28
Controleer de toevoerinstallatie/de ventilatie (luchtfilter, bediening, obstructies)
Maandelijkse controles
š
1
Controleer het niveau en de dichtheid van de elektrolyt in alle cellen van de loodaccu (inclusief de startaccu's van de dieselmotor en
accu's die worden gebruikt om de elektronische schakelkast te voeden)
2
Als de dichtheid laag is, controleer dan de acculader. Als deze correct werkt, vervang dan de accu of accu's die niet in perfecte staat zijn
3
Controleer op corrosie van de accupolen van de dieselmotor en de staat van kabelleidingen en aansluitingen
Driemaandelijkse controles
š
Er moet een inspectierapport worden ondertekend dat aan de eindgebruiker moet worden overhandigd. Dit moet details bevatten over
alle uitgevoerde of vereiste werkzaamheden en eventuele externe factoren die de resultaten kunnen beïnvloeden, zoals het weer, enz.
1
Controleer de leidingen en steunen op corrosie en verf ze indien nodig
2
Controleer de leidingen op juiste aarding. Gebruik geen sprinklerleidingen om de elektrische uitrusting te aarden. Verwijder alle
aardaansluitingen en maak alternatieve aansluitingen
3
Controleer alle watertoevoer bij elk controlestation in de installatie. Alle pompen moeten automatisch starten en de minimale
druk- en debietwaarden mogen niet lager zijn dan de nominale waarden in het project. Noteer alle wijzigingen
26
Taaknr.:
WILO SE 08/2019
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š
š

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières