4.6.2 Lastmanagement
De ACU beschikt over twee functies voor het regelen van de laadstroom:
Lastmanagement
Lastmanagement met verminderde netaansluitstroom door de Downgrade-ingang
Lastmanagement
Om bij het gebruik van meerdere laadstations een kostbare uitbreiding van de bestaande energieverdeling te voorkomen,
wordt het lastmanagement van MENNEKES aanbevolen.
De maximale netaansluitstroom voor alle aangesloten laadpunten (netaansluitstroom (HT)) wordt procentueel over de
afzonderlijke laadpunten verdeeld. Op deze wijze wordt een toereikende laadvermogen van de voertuigen gewaarborgd en
dure vermogenspieken voorkomen.
Het MENNEKES lastmanagement neemt deze taak over en stuurt de laadstroom van de aangesloten laadpunten in vier
bedrijfstoestanden:
1.Als er slechts enkele voertuigen worden geladen, is voor elk voertuig de individuele maximale laadstroom beschikbaar. Het
lastmanagement grijpt niet in zolang de netaansluitstroom (HT) (Available total current (HT)) niet wordt overschreden.
Twee voertuigen laden elk met 32 A. Er is geen regeling nodig, omdat er voldoende laadstroom beschikbaar is
Afb. 10: Voorbeeld lastmangement bedrijfstoestand 1
2. Als er extra voertuigen worden toegevoegd en de netaansluitstroom (HT) (Available total current (HT)) wordt
overschreden, dan grijpt lastmangement in. De laadstroom wordt voor alle voertuigen procentueel gereduceerd om een
zo mogelijk 100% belastingsfactor te bereiken. De netaansluitstroom (HT) (Available total current (HT)) wordt daarbij niet
overschreden. De minimale laadstroom van de aangesloten voertuigen wordt niet onderschreden.
Bij vier aangesloten voertuigen wordt de laadstroom gelijkmatig tot 24 A gereduceerd.
Afb. 11: Voorbeeld lastmangement bedrijfstoestand 2
NL
17