Functietest
Afb. 6–1 Debiettest
nl
Testen van het debiet
382 / 412
6.2
Debiettest
De testopstelling is te zien in afb. Debiettest [} 382].
1.
Schakel het systeem in (zie het hoofdstuk Aquilex-systeem inschakelen
[} 370]).
2.
Breng de slangset aan in de pomp en sluit de klemmen aan de vloeistofzakken.
3.
Hang de vloeistofzakken aan de haken van de zakhouder.
4.
Steek de insteeknaalden in de vloeistofzakken en open de klemmen aan de
vloeistofzakken.
5.
Hang de hysteroscoopslang in de maatbeker.
6.
Stel de intra-uteriene streefdruk in op 150 mmHg.
7.
Druk op de toets Prime (voorbereiding).
8.
Het rolwiel begint te draaien om de lucht uit de slangen te verwijderen en de
automatische lumenkalibrering uit te voeren.
9.
Druk op de toets Pause/Resume (pauze/hervatten) zodra de automatische lu-
menkalibrering is beëindigd.
10. Leeg de maatbeker.
11. Hang de hysteroscoopslang weer in de maatbeker.
12. Druk op de toets Pause/Resume (pauze/hervatten).
13. Druk na één minuut op de toets Pause/Resume (pauze/hervatten). In de maat-
beker moet zich ca. 800 ml ± 80 ml vloeistof bevinden.
Voer de resultaten in het Testprotocol [} 403] in, paragraaf Bijlage [} 403]. De test
is geslaagd als de resultaten binnen het toegestane tolerantiebereik vallen.