Storing: Oven - Rohde ELS-N Manuel D'utilisation Original

WAARSCHUWING
Voor lichamelijk letsel door snijwonden, kneuzingen en stootletsel tijdens het vaststellen en
oplossen van storingen.
⇒
⇒

14.3. Storing: oven

Storing
De oven De oven krijgt geen
functioneert elektrische stroom.
niet.
De oven wordt De ovendeur staat open en de
niet warm. veiligheidsschakelaar is
geactiveerd
(beveiligingsfunctie):
de oven wordt niet warm als
de deur openstaat)
Veiligheidsschakelaar
functioneert niet. Geen
vrijgave, omdat er geen
schakelsignaal wordt
afgegeven.
Veiligheidsschakelaar niet
correct afgesteld.
Elektrische bekabeling
verkeerd aangesloten.
Verwarmingselement
functioneert niet.
Kabel van het regelsysteem of
de regelinstallatie is niet of niet
goed met de oven verbonden.
De oven wordt Het stookgoed in de oven
maar langzaam overschrijdt het toegestane
warm of de gewicht.
ingevoerde
temperaturen
Defecte verwarmingsspiraal
worden niet
(breuk of werkt niet meer door
bereikt.
veroudering).
Gebruik bij storingswerkzaamheden persoonlijke beschermingsmiddelen.
Zorg dat het personeel geschikte beroepskleding draagt.
Mogelijke oorzaak Storing verhelpen
bediener/exploitant
1)
Schakel de hoofdschakelaar
van de oven in.
2)
Controleer de
installatieautomaat.
3)
Controleer de
elektriciteitskabel naar de
huisaansluiting.
Sluit de ovendeur.
-
-
-
Controleer het
verwarmingselement op
zichtbare beschadiging.
Controleer de kabelverbinding
tussen
de oven en de regelinstallatie.
Verwijder stookgoed, zodat
het toegestane gewicht van
de lading niet wordt
overschreden.
Controleer de
verwarmingsspiralen op
eventueel zichtbare breuken
of veroudering.
415 / 492 - NL -
Storing verhelpen
elektricien/fabrikant
1. Controleer de
smeltveiligheid in de
elektriciteitskast van de oven
(zie volgende paragraaf).
2. Controleer de
huisaansluiting, de
installatieautomaten en de
stroomopname van de oven.
-
Controleer de
veiligheidsschakelaar.
Stel de veiligheidsschakelaar
correct af.
Controleer de elektrische
bekabeling.
Controleer het
verwarmingselement en
vervang het indien nodig.
Controleer de kabelverbinding
tussen de oven en de
regelinstallatie.
Vervang defecte
componenten.
-
Vervang defecte
verwarmingsspiralen
(we adviseren altijd alle
verwarmingsspiralen te
vervangen, zodat de oven
gelijkmatig wordt verwarmd).