Waarschuwingen En Voorzorgsmaatregelen - Leica BIOSYSTEMS NCL-g-SARC Mode D'emploi

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 7

Waarschuwingen en Voorzorgsmaatregelen

Novocastra Lyophilised
Antibodies
Bevat een mengsel van:
Natriumazide (<10%),
Benzylpenicillin Sodium
(<10%), Streptomycin
Sulphate (<10%).
Signaalwoorden: Gevaar.
Deze reagens is voorbereid van het supernatant van de celkweek. Aangezien het biologisch product is, dient u bij het gebruik ervan
voorzichtig te werk te gaan.
Deze reagens bevat natriumazide. Een materiaalveiligheidsblad is op verzoek verkrijgbaar bij www.LeicaBiosystems.com
Raadpleeg de richtlijnen van de lokale of nationale overheid voor het afdanken van potentieel giftige componenten.
Monsters moeten voor en na fixatie worden behandeld als potentiële overdragers van infecties en volgens de juiste
voorzorgsmaatregelen worden afgedankt. Dit geldt tevens voor alle materialen die aan de monsters zijn blootgesteld.
Reagentia mogen nooit met de mond worden gepipetteerd. Daarnaast moet contact tussen de huid en het slijmvlies met reagentia en
monsters worden vermeden.
Als reagentia of monsters in contact komen met gevoelige gebieden, moet u deze gebieden wassen met een ruime hoeveelheid water.
Neem contact op met een arts.
Minimaliseer de kans van microbacteriële contaminatie van reagentia. Als u dit niet doet, kan er een toename van niet-specifieke
kleuring optreden.
Incubatietijden of temperaturen die afwijken van degenen die gespecificeerd zijn, kunnen tot onjuiste resultaten leiden. Iedere dergelijke
verandering moet door de gebruiker gevalideerd worden.
Kwaliteitscontrole
Verschillen in het verwerken van weefsel en technische procedures in het laboratorium van de gebruiker kunnen zorgen voor een
aanzienlijke variabiliteit van de resultaten. Dit vereist een regulier gebruik van bedrijfseigen controles naast de volgende procedures.
De controles moeten verse autopsie-, biopsie-, of chirurgische monsters omvatten, en zo snel mogelijk formaline gefixeerd en in
paraffinewax ingebed worden, op dezelfde manier als de patiëntmonster(s).
Positieve Weefselcontrole
Wordt gebruikt om correct voorbereide weefsels en goede kleuringstechnieken aan te duiden.
Er dient een positieve weefselcontrole opgenomen te worden voor iedere set testcondities in iedere kleuringsrun.
Voor een optimale kwaliteitscontrole en voor het detecteren van geringe niveaus van reagensdegredatie, is weefsel met zwakke
positieve kleuring beter geschikt dan weefsel met sterke positieve kleuring.
Aanbevolen positief controleweefsel is skeletspierweefsel.
Als de positieve weefselcontrole geen positieve kleuring vertoont, moeten de resultaten met de testmonsters als ongeldig worden
beschouwd.
Negatieve Weefselcontrole
Dient onderzocht te worden na de positieve weefselcontrole om de specificiteit te verifiëren van de labeling van het doelantigen door het
primaire antilichaam.
Aanbevolen negatief controleweefsel is niet geëvalueerd.
Daarnaast leveren de verscheidenheid aan celtypen, die in de meeste weefselcoupes aanwezig zijn, regelmatig negatieve
controlelocaties op, maar dit dient door de gebruiker geverifieerd te worden. Niet-specifieke kleuring, indien aanwezig, heeft meestal een
diffuus uiterlijk.
Daarnaast kan in coupes sporadische kleuring van bindweefsel worden geobserveerd. Dit treedt op als gevolg van overdadig fixeren van
weefsel met formaline. Maak voor de interpretatie van kleuringsresultaten gebruik van intacte cellen. Necrotische of gedegenereerde
cellen kunnen vaak een niet-specifieke kleuring vertonen.
Er kan sprake zijn van fout-positieven als gevolg van niet-immunologische binding van eiwitten of substraatreactieproducten. Zij kunnen
ook veroorzaakt worden door endogene enzymen zoals pseudoperoxidase (erythrocyten), endogene peroxidase (cytochroom C), of
endogene biotine (bijv. lever, borst, hersenen, nieren), afhankelijk van het type immunokleuring dat gebruikt wordt.
H302: Schadelijk bij
inslikken.
H317: Kan een allergische
huidreactie veroorzaken.
H334: Kan bij inademing
allergie- of astmasymptomen
of ademhalingsmoeilijkheden
veroorzaken.
H411: Giftig voor in het
water levende organismen,
met langdurige gevolgen.
EUH032: Vormt zeer giftig
gas in contact met zuren.
3
P261: Inademing van stof/rook/gas/nevel/damp/spuitnevel vermijden.
P264: Na het werken met dit product handen grondig wassen.
P270: Niet eten, drinken of roken tijdens het gebruik van dit product.
P272: Verontreinigde werkkleding mag de werkruimte niet verlaten.
P273: Voorkom lozing in het milieu.
P280: Beschermende handschoenen/beschermende kleding/
oogbescherming/gelaatsbescherming dragen.
P284: [Bij ontoereikende ventilatie] adembescherming dragen.
P301+312: NA INSLIKKEN: bij onwel voelen een ANTIGIFCENTRUM/
arts/ raadplegen.
P302+352: BIJ CONTACT MET DE HUID: met veel water en zeep
wassen.
P304+340: NA INADEMING: de persoon in de frisse lucht brengen en
ervoor zorgen dat deze gemakkelijk kan ademen.
P330: De mond spoelen.
P333+313: Bij huidirritatie of uitslag: een arts raadplegen.
P342+311: Bij ademhalingssymptomen: Een ANTIGIFCENTRUM/arts/
raadplegen.
P362+364: Verontreinigde kleding uittrekken en wassen alvorens deze
opnieuw te gebruiken.
P391: Gelekte/gemorste stof opruimen.
P501: Zich ontdoen van inhoud/Verpakking afvoeren naar inzamelpunt
voor gevaarlijk of bijzonder afval.
2
1
G-SARC-CE
Page 44

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières