spa
5.4. Mantenimiento
PELIGRO
¡Antes de realizar trabajos de mantenimiento correctivo y reparaciones
se debe extraer el conector de red! Estos trabajos únicamente deben ser
realizados por personal técnico cualificado. La sustitución de un enchufe o del
cable de alimentación debe ser realizada por REMS o un taller concertado
REMS, para garantizar la seguridad de la máquina.
6. Comportamiento en caso de avería
6.1. Avería: Rosca irregular, arranque de la cresta de la rosca.
Causa: ● Peines tipo Strehler desafilados.
● Mala calidad del aceite de roscar.
● Medida de ajuste incorrecta de los peines tipo Strehler en el
portapeines.
● Velocidad incorrecta.
● Material con arranque difícil de viruta.
● Selección incorrecta de material de los peines tipo Strehler.
6.2. Avería: Rosca recortada, "rosca fina irregular".
Causa: ● Colocación incorrecta del portapeines en el cabezal de roscar.
¡Tener en cuenta la secuencia de montaje!
● Montaje incorrecto de los peines tipo Strehler en el portapeines.
¡Tener en cuenta la secuencia de montaje!
● Peines tipo Strehler montados en un tipo de portapeines
incorrecto (ángulo de inclinación).
6.3. Avería: Rosca no centrada en la pieza de trabajo.
Causa: ● Modificar el centraje del tornillo de fijación. Póngase en
contacto con un taller concertado REMS.
Para el tornillo de fijación neumático:
● Ajuste incorrecto del tornillo de fijación (véase 4.5.).
● Mordazas ensuciadas o desgastadas
6.4. Avería: Apertura insuficiente del cabezal de roscar.
Causa: ● Montaje incorrecto de la palanca de cierre.
● Palanca de cierre desgastada.
● Leva de desenganche desgastada.
6.5. Avería: El cabezal de roscar no cierra.
Causa: ● Suciedad.
● Montaje incorrecto del juego de roscar (véase 3.3.).
● Montaje incorrecto de los peines tipo Strehler en el portapeines
(véase 5.4.).
● Pasador de cierre (39) (fig. 11) desgastado o partido.
7. Eliminación
REMS Unimat 75 y REMS Unimat 77 no deben desecharse al final de su vida
útil junto con la basura doméstica. La eliminación de los mismos se debe
realizar conforme a la normativa legal.
8. Garantía del fabricante
El periodo de garantía es de 12 meses a partir de la entrega del producto nuevo
al primer usuario. Se debe acreditar el momento de entrega enviando los
recibos originales de compra, los cuales deben incluir la fecha de adquisición
y la denominación del producto. Todos los fallos de funcionamiento que surjan
dentro del periodo de garantía y que obedezcan a fallos de fabricación o
material probados, se repararán de forma gratuita. La reparación de las caren-
cias no supone una prolongación ni renovación del período de garantía del
producto. Los daños derivados de un desgaste natural, manejo indebido o uso
abusivo, no observación de las normas de uso, utilización de materiales
inadecuados, sobreesfuerzo, utilización para una finalidad distinta, intervención
por cuenta propia o ajena u otras causas que no sean responsabilidad de
REMS quedarán excluidas de la garantía.
Los servicios de garantía únicamente pueden ser prestados por un taller de
servicio REMS concertado. Las exigencias de garantía sólo se reconocerán
cuando el producto sea entregado a un taller de servicio REMS concertado
sin manipulación previa y sin desmontar. Los productos y elementos recam-
biados pasan a formar parte de la propiedad de la empresa REMS.
El usuario corre con los gastos de envío y reenvío.
Esta garantía no minora los derechos legales del usuario, en especial la
exigencia de garantía al vendedor por carencias. Esta garantía del fabricante
es válida únicamente para productos nuevos adquiridos y utilizados en la Unión
Europea, Noruega o Suiza.
Esta garantía está sujeta al derecho alemán, con la exclusión del Convención
de las Naciones Unidas sobre contratos para la venta internacional de merca-
derías (CSIG).
9. Catálogos de piezas
Consulte los catálogos de piezas en la página www.rems.de → Descargas →
Lista de piezas.
Vertaling van de originele handleiding
Fig. 1 – 14
1 Sluithendel
2 Afslagnok
3 Aanslagbout
4 Schakelkast
5 Omkeerschakelaar
6 Bouten (Snijkopbevestiging)
7 Inbussleutel
8 Bouten (Dekselbevestiging)
9 Vierkantsteeksleutel
10 lnstelas
11 Ovale opening
12 Markering rechtse draad
13 Markering linkse draad
14 Lengteaanslag
15 Klemhendel
16 Schaalindeling
17 Aansnijhendel
18 Knop II
19 Knop I
20 Transmissie-schakelhendel
(alleen voor Unimat 77)
21 Beschermkap
22 Knop UIT
Algemene veiligheidsinstructies voor elektrisch
gereedschap
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen. Het niet naleven van
de waarschuwingen en gebruiksaanwijzingen kan tot een elektrische schok, brand
en/of ernstig letsel leiden.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen voor latere raadpleging.
1) Veiligheid op de werkplek
a) Houd uw werkplek schoon en goed verlicht. Een rommelige of onverlichte
werkplek kan tot ongevallen leiden.
b) Werk met het elektrische gereedschap niet in een omgeving waar zich
brandbare vloeistoffen, gassen of stoffen bevinden en dus explosiegevaar
bestaat. Elektrische gereedschappen produceren vonken, die het stof of de
dampen kunnen ontsteken.
c) Houd kinderen en andere personen uit de buurt tijdens het gebruik van het
elektrische gereedschap. Als u wordt afgeleid, kunt u gemakkelijk de controle
over het apparaat verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrische gereedschap moet in de contactdoos
passen. De stekker mag op geen enkele wijze worden veranderd. Gebruik
geen verloopstekkers voor elektrische gereedschappen met randaarding.
Onveranderde stekkers en passende contactdozen verminderen het risico van
een elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken zoals buizen, radi-
atoren, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico van een
elektrische schok, als uw lichaam geaard is.
c) Houd het elektrische gereedschap uit de buurt van regen of vocht. Het
binnendringen van water in elektrisch gereedschap verhoogt het risico van een
elektrische schok.
d) Gebruik het snoer niet oneigenlijk om het elektrische gereedschap te dragen,
op te hangen of om de stekker uit de contactdoos te trekken. Houd het
snoer uit de buurt van hitte, olie, scherpe randen of bewegende onderdelen.
Een beschadigd of in de war gebracht snoer verhoogt het risico van een elekt
rische schok.
e) Als u met een elektrisch gereedschap in de openlucht werkt, mag u uitsluitend
verlengsnoeren gebruiken die voor buitengebruik geschikt zijn. Het gebruik
van geschikte verlengsnoeren vermindert het risico van een elektrische schok.
f) Als het bedrijf van het elektrische gereedschap in een vochtige omgeving
onvermijdelijk is of als de kans reëel is dat u in het snoer snijdt, dan dient
u een aardlekschakelaar te gebruiken. Het gebruik van een aardlekschakelaar
vermindert het risico van een elektrische schok.
3) Veiligheid van personen
a) Wees aandachtig tijdens het gebruik van elektrisch gereedschap. Let op
wat u doet en werk met verstand. Gebruik geen elektrisch gereedschap,
als u moe bent of als u onder invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen.
Een moment van onoplettendheid tijdens het gebruik van het elektrische
gereedschap kan ernstige letsels tot gevolg hebben.
b) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen en altijd een veiligheidsbril. Het
dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals stofmasker, slipvaste
veiligheidsschoenen, veiligheidshelm of gehoorbescherming, naargelang de aard
en het gebruik van het elektrische gereedschap, vermindert het risico van letsels.
c) Voorkom een onbedoelde inschakeling van het gereedschap. Verzeker u
ervan dat het elektrische gereedschap uitgeschakeld is, alvorens u het op
het stroomnet en/of de accu aansluit, opneemt of draagt. Als u bij het dragen
nld
23 Spanhendel
24 Plaat
25 Klemplaatje
26 Noodknop
27 Klemschroef
28 Buis voor draadsnijolie
29 Meenemer
30 Cilinderkopschroef
31 Instelplaat
32 Spanbekhouder
33 Spanbek
34 Sluitschroef met oliepeilstok
35 Aftapstomp
36 Bevestigingsschroef
37 Spaanreservoir
38 Merkstreep snijkop
39 Sluitpen
40 Merkstreep holle spindel
41 Holle spindel
42 Draairichtingspijl
43 Sleutel voor schakelkast
44 Draadgrootte
45 Instelcijfer