Masimo RD SET TF-I Mode D'emploi page 32

Capteur frontal à transflectance réutilisable spo2
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 7
• De pulsaties van de intra-aorta ballonsteun kunnen bij de hartfrequentie worden geteld op het overeenkomstige
hartfrequentieweergavevenster van de oximeter. Vergelijk de hartfrequentie van de patiënt met de hartfrequentie op
het ECG.
• Aderverstopping kan een te lage afleeswaarde van de eigenlijke arteriële zuurstofverzadiging veroorzaken. Daarom
dient men te zorgen voor de juiste veneuze stroming op de bewaakte plaats. De sensor mag niet onder het niveau van
het hart worden geplaatst (bijv. Trendelenburg-positie).
• Een verhoogd methemoglobinepeil (MetHb) resulteert in onnauwkeurige SpO
• Een verhoogd carboxyhemoglobinepeil (COHb) kan leiden tot onnauwkeurige SpO
• Hoge COHb- of MetHb-waarden kunnen zich voordoen terwijl de SpO
of MetHb-waarden worden vermoed, moet een laboratoriumanalyse (CO-oximetrie) op een bloedmonster worden
uitgevoerd.
• Een verhoogd totaal bilirubinegehalte kan onnauwkeurige SpO
• Intravasculaire kleurstoffen, zoals indocyaninegroen of methyleenblauw of extern aangebrachte kleurstoffen kunnen
onnauwkeurige afleeswaarden veroorzaken.
• Onnauwkeurige SpO
bewegingsartefacten.
• Hemoglobinopathieën en afwijkingen in de bloedsamenstelling, zoals thalassemieën, HbS, HbC, sikkelcelziekte,
enzovoort, kunnen onnauwkeurige SpO
• Onnauwkeurige SpO
hypocapnische of hypercapnische omstandigheden, en ernstige vasoconstrictie of hypothermie.
• Om interferentie van omgevingslicht te voorkomen, moet de sensor correct worden aangebracht. Indien deze
voorzorgsmaatregel niet wordt genomen in een omgeving met sterk licht, kan onjuiste meting het gevolg zijn.
• Sterke lichtbronnen in de omgeving, zoals operatielampen (met name xenonlampen), bilirubinelampen, neonbuizen,
infraroodhittelampen en direct zonlicht kunnen de werking van een sensor storen.
• Afleeswaarden met een betrouwbaarheidsindicator met een zwak signaal zijn mogelijk niet nauwkeurig.
• De sensor mag in geen geval worden gewijzigd of gemodificeerd. Wijzigingen of modificaties kunnen van invloed zijn
op de prestaties en/of nauwkeurigheid.
• Reinig de sensoren alvorens deze weer te gebruiken bij verschillende patiënten.
• Week of dompel de connector niet onder in vloeistoffen om schade te voorkomen.
• Probeer niet te steriliseren door middel van straling, stoom, in een autoclaaf of met ethyleenoxide.
• Probeer sensoren of patiëntenkabels van Masimo niet te herproduceren, te herstellen of te recyclen, aangezien dit de
elektrische onderdelen kan beschadigen en letsel bij de patiënt tot gevolg kan hebben.
• Let op: vervang de sensor als er een bericht sensor vervangen wordt weergegeven of wanneer een bericht lage
SIQ continu wordt weergegeven tijdens de bewaking van opeenvolgende patiënten nadat u de stappen voor het
oplossen van problemen met lage SIQ hebt doorlopen die worden beschreven in de gebruiksaanwijzing van het
bewakingsapparaat.
• Opmerking: de sensor is voorzien van X-Cal®-technologie om het risico van onnauwkeurige afleeswaarden en
onverwachtse onderbreking van de bewaking van de patiënt te beperken. De sensor voorziet in een bewakingsduur
van maximaal 8760 uur. Vervang de sensor wanneer deze bewakingsduur verstreken is.
INSTRUCTIES
A. Aanbrenglocatie
• Het verdient de voorkeur de sensor op het voorhoofd net boven beide ogen aan te brengen. Plaats de RD SET TF-I-sensor
niet op locaties met een voelbare hartslag.
• De plaats moet gereinigd en droog zijn voordat de sensor wordt geplaatst.
LET OP: voordat u de sensor gebruikt, moet u de sensor inspecteren en met name letten op gebroken of gerafelde
draden of beschadigde onderdelen.
B. De sensor aanbrengen op de patiënt
1. Zorg ervoor dat het sensoroppervlak dat de huid van de patiënt raakt, droog, schoon en olievrij is.
2. OPTIONEEL Zie afb. 1. Plaats voor extra stevigheid een plakstrip op het sensoroppervlak dat de huid van de patiënt
raakt, en zorg ervoor dat deze zo uitgelijnd is dat hij de sensorlenzen niet bedekt. Verwijder de bovenste bescherming
door aan het lipje te trekken, zodra de strip goed op zijn plaats zit.
WAARSCHUWING: Gebruik geen plakstrips als de patiënt allergische reacties op de tape vertoont.
3. Zie afb. 2. Richt de sensor met de straler- en de detector-'hobbels' naar de patiënt. Richt de sensor zodanig dat de
kabel naar boven en weg van de patiënt loopt. Druk voorzichtig op de sensor zodat de plakstrip goed op de huid van
de patiënt kleeft.
-afleeswaarden kunnen worden veroorzaakt door ernstige anemie, lage arteriële perfusie of
2
-afleeswaarden veroorzaken.
2
-afleeswaarden kunnen worden veroorzaakt door verhoogde dyshemoglobineconcentraties,
2
-metingen.
2
-waarde normaal lijkt. Als er verhoogde COHb-
2
-metingen tot gevolg hebben.
2
32
metingen.
2-
9023D-eIFU-0618

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières