g) Instelling van de digitale trimming (TRM)
Met behulp van de digitale trimming kan de middelstand voor de rij—en de stuurservo afzonderlijk worden ingesteld.
Een modelvoertuig dat tijdens het rijden licht naar links trekt, kan met de trimming naar rechts worden versteld, zodat
het absoluut rechtdoor rijdt als het stuurwiel in de middelste stand staat.
Met de gas-trimming kan bijv. tijdens het warmlopen van de verbrandingsmotor kortstondig een wat hoger stationnair
toerental worden ingesteld, zodat de motor bij het remmen niet afslaat.
Voor de snelle verplaatsing van de stuur- en rijtrimming tijdens de rit kan met behulp van de beide trimtoetsen (zie
afbeelding 1, pos. 8 en 6) onmiddellijk naar het trimmenu worden gegaan. Zie ook hoofdstuk 10 „Ingebruikneming van
de zender".
Instellen van de stuur- en gastrimming
Schakel de zender in. Op het LCD-scherm van de zender verschijnt de
bedrijfsaanduiding.
Druk op de Enter-toets om naar het programmeermenu te gaan. Het menupunt
voor de selectie van het modelgeheugen (MDL) wordt weergegeven.
Met de cursor-toets (omhoog/omlaag) kunt u het menupunt voor de digitale
trimming (TRM) oproepen.
Roep met de enter-toets het menupunt op. Op de display verschijnt kanaal 1
(CH1) voor de stuurfunctie en de af fabriek ingestelde, resp. laatst
geprogrammeerde trimwaarde.
Met de cursor-toets (omhoog/omlaag) of de trimtoets voor de stuurfunctie
kunt u nu de gewenste trimwaarde voor de stuurfunctie instellen. De instelbare
waarde ligt tussen links = „Left (L 30)" en rechts = „Right (R 30)".
Zodra de indicatie precies op „N 0" staat, is de juiste middelstand bereikt. De
ingestelde waarde wordt automatisch opgeslagen.
Schakel aansluitend met behulp van de cursor-toets (rechts/links) naar kanaal
2 (CH2) voor de rijfunctie om.
De instelling van de trimwaarde voor de rijfunctie gebeurt volgens hetzelfde
schema zoals bij de stuurfunctie.
Praktische tip: Bij gebruik van een elektronische rijregelaar bepaalt u de
trimming waarbij het model lichtjes naar voor rolt. Daarna vermindert u de
waarde zolang tot het model lichtjes naar achter rolt. Vervolgens stelt u precies
het midden tussen de beide grenswaarden in.
In dit menu bestaat nog de mogelijkheid om voor kanaal 3 (CH3)
de trimming in te stellen. Aangezien echter de servo op kanaal 3
slechts van de ene eindstand naar de andere loopt, speelt de
trimming in dit geval geen rol. U mag echter toch de waarde bij
kanaal 3 op „N 0" instellen of de waarde controleren.
Met de ESC-toets kunt u het programmeermenu opnieuw verlaten, resp. naar
de bedrijfsweergave terugschakelen.
128
TRM
TRM
CH
L 2
TRM
CH
B 5
TRM
CH
N 0
Afb. 29