a) Keuze van het modelgeheugen (MDL)
Uw afstandsbediening beschikt in totaal over 10 verschillende modelgeheugens waarin u de individuele instelwaarden
voor 10 verschillende modellen kunt opslaan. Alternatief kunt u ook voor één model verschillende waarden instellen
en deze telkens afzonderlijk in een modelgeheugen opslaan.
Oproepen van een modelgeheugen
Schakel de zender in. Op het LCD-scherm van de zender verschijnt de
bedrijfsaanduiding.
Druk op de Enter-toets om naar het programmeermenu te gaan. Het menupunt
voor de selectie van het modelgeheugen (MDL) wordt weergegeven.
Roep met de enter-toets het menupunt op. Op de display verschijnt het huidig
actief modelgeheugen met de daaraan gegeven modelnaam.
Met behulp van de cursor-toets (rechts/links) kunt u nu de afzonderlijke
modelgeheugens 0...9 selecteren. Bij elke druk op een toets schakelt het
display één geheugenplaats verder.
Als de gewenste geheugenplaats is bereikt, slaat u de selectie met de enter-
toets op. De indicator verandert daarna terug naar het programmeermenu.
Met de ESC-toets kunt u het programmeermenu opnieuw verlaten. Op de
bedrijfsweergave wordt nu het opgeroepen modelgeheugen weergegeven.
MDL
MDL
NO.
MO 1
MDL
NO.
MO 3
NO.
NO.
5.8
V
V
Afb. 19
121