Publicité
4. Controleer of de motoren stoppen.
5. Draai de noodstopknop op de afstandsbediening
rechtsom om deze uit te schakelen.
Onderdruksensor
De onderdruksensor detecteert of er voldoende vacuüm
in het product aanwezig is om het product aan het
oppervlak te houden. Dit wordt aangegeven door
de indicator voor voldoende onderdruk, zie
afstandsbediening op pagina 140 . Als er onvoldoende
vacuüm is, sluit u de onderdruksensor onmiddellijk de
kleppen voor het straalmiddel en stopt u de motoren.
De onderdruksensor controleren
1. Start het product. Zie
2. De afstandsbediening en het product koppelen. Zie
Koppelen op pagina 155
3. Controleer of het indicatielampje voor voldoende
onderdruk UIT is. Zie
op pagina 140 .
4. Sluit het stofopvangsysteem aan op het product en
start het stofopvangsysteem.
5. Controleer of het indicatielampje voor voldoende
onderdruk gaat branden. Zie
afstandsbediening op pagina 140 .
Naderingsschakelaar
De naderingsschakelaar detecteert of het product tegen
het oppervlak ligt. Als het product tijdens bedrijf
loskomt van het oppervlak, sluit de naderingsschakelaar
onmiddellijk de kleppen voor het straalmiddel.
Naderingsschakelaar controleren
1. Sluit het stofopvangsysteem aan en start het
stofopvangsysteem. Zie
aansluiten op pagina 152 .
2149 - 001 - 02.11.2023
Overzicht
Product starten op pagina 156 .
Overzicht afstandsbediening
Overzicht
Op een stofopvanger
2. Plaats een metalen voorwerp voor
de naderingsschakelaar. De bijbehorende
indicatielampjes op de naderingsschakelaar en de
afstandsbediening gaan branden.
3. Verwijder het metalen voorwerp. De bijbehorende
indicatielampjes op de naderingsschakelaar en de
afstandsbediening gaan uit.
Eindschakelaar
De eindschakelaar voorkomt schade aan het product
en het tuigagesysteem wanneer het product zich aan
147
Publicité
