COOK Medical Universa Mode D'emploi page 20

Set d'endoprothèse
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 26
van de stent uitsteekt.
5. Handhaaf de positie van de stent en de voerdraad en voer de introducer/
ontkoppelhuls op naar het stompe uiteinde van de stent. Duw de tip van de
stentintroducer in het uiteinde van de stent. NB: Duw de stent op totdat hij zich
ter hoogte van de inktmarkering op de ontkoppelhuls bevindt.
6. Controleer of de flexibele tip van de voerdraad voorbij de tip van de
rechtgetrokken stent uitsteekt en draai dan de vergrendelbare fitting aan om de
stentintroducer op zijn plaats op de voerdraad vast te zetten.
AANBEVOLEN GEBRUIKSAANWIJZING VOOR UNIVERSA™ STENTSETS
ENDOSCOPISCHE PLAATSING
1. Voer een flexibele voerdraadtip op tot de pelvis renalis. Kronkeligheid van
de geobstrueerde ureter kan vaak worden verholpen door een voerdraad te
gebruiken in combinatie met een ureterale katheter met een open uiteinde.
2. Schat de geschikte stentlengte aan de hand van een basispyelogram en voeg
hieraan 1 cm toe. Nauwkeurige meting leidt tot betere drainage-efficiency en
minder ongemak voor de patiënt.
3. Leid de stent over de voerdraad door de cystoscoop. Voer de stent onder
directe visualisering met de stentpositioneur op tot in de ureter. Zorg ervoor
dat de voerdraad niet tot in het nierparenchym wordt opgevoerd.
4. Voer de stent niet meer verder op wanneer zijn distale uiteinde bij de blaas/
ureter-overgang wordt waargenomen. Stabiliseer de stent met de positioneur
en verwijder de voerdraad. De pigtail van de stent wordt spontaan gevormd.
Verwijder de positioneur voorzichtig uit de cystoscoop. NB: Zo nodig kan een
laatste bijstelling worden verricht met een endoscopische tang. De stent kan
gemakkelijk worden verwijderd door met de endoscopische tang voorzichtig
trekkracht uit te oefenen. Fluoroscopie vergemakkelijkt de stentplaatsing, maar
standaardradiografie kan ook worden gebruikt.
LET OP
Uitsluitend bestemd voor eenmalig gebruik. De stijve Universa™ stent
mag niet langer dan twaalf (12) maanden in de patiënt worden gelaten. De
zachte Universa™ stent mag niet langer dan zes (6) maanden in de patiënt
worden gelaten.
Deze stents zijn niet bedoeld om permanent in het lichaam te blijven.
Periodieke cystoscopische, radiologische of echografische evaluatie wordt
aanbevolen. Individuele variaties van de wisselwerking tussen stents en
het urinesysteem zijn onvoorspelbaar. De stent moet worden verwijderd
als drainage door incrustatie wordt verhinderd. De stent kan door een
nieuwe stent worden vervangen als de toestand van de patiënt dit toelaat.
Forceer de onderdelen niet gedurende verwijdering of vervanging.
Verwijder de onderdelen voorzichtig als er weerstand wordt ondervonden.
20

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières