d) Stick-Mode programmering
Met de Stick-Mode programmering worden de ontvangerkanalen van de twee stuurhefbomen en hun bewegings-
richtingen toegewezen. Daarbij kunnen echter niet alle 24 mogelijke toewijzingen geselecteerd worden.
De stickbewegingen komen met de stuurrichtingen overeen en zijn in vier groepen samengevat (Mode 1 - 4).
Indien nodig heeft u de mogelijkheid de vooringestelde belegging van de stuurhefbomen (Stick
Mode 2) in overeenstemming met uw behoeften te veranderen.
Bij verandering naar Stick-Mode 3 en 1 (verwisselen van de stuurfuncties van de rechter en
linker stuurhefboom) moet bijkomend een mechanische ombouw van de stuurhefbomen uitge-
voerd worden.
Afhankelijk van de behoeften kunnen de ontvangerkanalen op verschillende wijze over de stuurhefbomen
verdeeld worden:
Mode 1
Kies de voor u meest geschikte combinatie en bevestig de selectie met „OK".
•
Controleer de instelling met behulp van de balkweergave in het startbeeldscherm door de stuurhefboom op de
•
zender te bewegen.
Beëindig de programmering of ga verder met de programmering.
•
164
Druk in het startbeeldscherm op de toets „Stick".
•
Bij uitlevering van de installatie is Mode 2 vooringesteld.
•
In het diagram wordt getoond aan welk ontvangerkanaal de bewe-
•
gingsrichtingen van de stuurhefboom (Stick) toegewezen zijn.
Scroll naar de gewenste stuurhefboombelegging.
•
Bevestig de selectie met „OK".
•
Mode 3:
Mode 4: