Teleflex TracheoFlex RUSCH Mode D'emploi page 59

De bevestigingsschroef moet goed vast zijn geschroefd, om op zekere
wijze te voorkomen dat de tube uit de houderplaat glijdt.
Attentie (betreffende de cuff!)
Bij canules met cuff kan bij onjuist fixeren van de bevestigingsschroef het
luchttoevoerkanaal in het schachtverloop van de tube afgeklemd worden,
waardoor vullen resp. deblokkeren van de cuff niet meer mogelijk is.
In dat geval dient de bevestigingsschroef los te worden gedraaid en de
positie van de houderplaat te worden gecorrigeerd. Bij correct fixeren
wijst de aan de bevestigingsschroef aangebrachte afsluitmarkering naar
boven (zie afb. 2).
Voorzichtig
Wanneer fixeren van de houderplaat als gevolg van een contaminatie
met glijmiddelen niet lukt, dan verdient een korte reiniging van de
schacht aanbeveling.
Attentie
Niet in alcohol leggen!
5.
Fixeren van de houderplaat aan de hals van de patiënt
Na het fixeren van de houderplaat aan de schacht van de canule wordt
deze met de Velcro-band aan de hals van de patiënt bevestigd om te
voorkomen dat de canule eruit glijdt. Daarvoor worden de uiteinden van
de montageband door de overeenkomstige bevestigingssleuven in de
houderplaat gevoerd en aan de zijkant met klittenband bevestigd.
Ter voorkoming van irritaties op de plaats waar de houderplaat op de
huid rust – met name bij een vocht afscheidend tracheostoma – is het
aanbrengen van een gewoon luchtdoorlatend kompres tussen huid en
houderplaat noodzakelijk.
Bij canules met cuff dient het fixeren van de tracheostomiecanule
omwille van de veiligheid, voorzover het inzetten door de patiënt zelf
of door één hulpverlenende persoon wordt gedaan, voor het vullen van
de cuff plaats te vinden.
Attentie
• Vermijd te hoge trekkrachten die via de beademingsslangen en de
connector aan de canuleschacht op de trachea inwerken.
Attentie! Gevaar voor extubatie!
• Vermijd principieel alcoholische desinfectiemiddelen bij de verzorging
van de tracheostoma.
• Maak het luchtdoorlatend kompres nooit vochtig met alcohol-
houdende desinfectiemiddelen!
6.
Opblazen van de cuff (betreffende de cuff!)
De cuff mag bij deze tracheostomiecanule-set alleen intermitterend en
kortstondig worden geblokkeerd (bijv. tijdens het eten), om beschadiging
van het tracheaslijmvlies te vermijden. Om de cuff op te blazen dient met
behulp van een spuit lucht door het ventiel in het vulsysteem te worden
geïnjecteerd. De daarbij gebruikte hoeveelheid lucht dient net voldoende
te zijn voor het afdichten van de trachea (minimaal blokkeringsvolume).
Wanneer er tijdens de actieve respiratie nog beademingsgassen tussen
cuff en tracheawand ontsnappen, dan is het minimale blokkeringsvolume
van de cuff nog niet bereikt.
De gebruiker of een hulpverlenende persoon van de patiënt kan dit
sissende geluid door middel van een stethoscoop of ook met het oor
bij de mond of stoma van de patiënt waarnemen.
Er wordt nu voorzichtig net zo lang lucht in het vulsysteem gedoseerd tot
het sissende geluid tijdens de inademingsfase niet meer hoorbaar is.
Er dient op te worden gelet dat er bovenop het minimale blokkerings-
volume geen verdere lucht naar de cuff mag worden geleid, aangezien
anders het aandeel van de cuffdruk dat op het slijmvlies wordt over-