Télécharger Imprimer la page

Textron Ransomes Jacobsen Commander 3520 Manuel De Fonctionnement Et De Maintenance page 138

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

3
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Door dit veiligheidssymbool worden belangrijke
veiligheidsmeldingen in dit handboek aangegeven. Als u
dit symbool ziet, wees u dan bewust van fysieke
risico's. Altijd de bijbehorende instructies goed lezen en
ook andere bedieners op de hoogte brengen.
3.1
BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN
Zorg ervoor dat alle machinebedieners de
voorschriften in dit boek lezen en volledig
begrijpen.
Machinebedieners mogen deze machine pas
bedienen wanneer ze alle bedieningsinrichtingen
en veiligheidsprocedures kennen. Nooit kinderen
of mensen die niet bekend zijn met deze
instructies, deze machine laten gebruiken.
Het is mogelijk dat door plaatselijke wettelijke
bepalingen wordt gesteld dat personen onder een
bepaalde leeftijd, deze machine niet mogen
gebruiken.
3.2
VEILIGHEIDSINDICATIES
Het is essentieel dat alle veiligheidsetiketten
goed leesbaar blijven. Als dergelijke etiketten niet
aanwezig zijn, of onleesbaar worden, dan moeten
die altijd worden vervangen. Als een onderdeel
van de machine wordt vervangen, waarop
oorspronkelijk een veiligheidsetiket was
aangebracht, een dergelijk etiket ook altijd weer
aanbrengen op het nieuwe onderdeel. Nieuwe
veiligheidsetiketten kunnen worden aangevraagd
bij de Afdeling Onderdelen van Ransomes.
3.3
DE MOTOR STARTEN
Controleer, voordat de motor wordt gestart, of de
remmen zijn aangehaald, de
aandrijfmechanismen in de neutrale stand staan,
de beveiligingsmiddelen zijn aangebracht en
intact zijn en er geen omstanders in de buurt van
de machine staan.
Start de motor niet in een gebouw zonder goede
ventilatie.
3.4
DE MACHINE BESTUREN
Controleer, voordat de machine wordt verplaatst,
of alle onderdelen goed functioneren. Let daarbij
vooral op de remmen, de banden, de
stuurinrichting en de beveiliging van snijcilinders.
Defecte dempers vervangen. Uitsluitend maaien
bij daglicht of als goed kunstlicht beschikbaar is.
Neem altijd de verkeersvoorschriften in acht,
zowel op openbare wegen als elders. Blijf altijd
alert. In de buurt van wegen of gedurende het
oversteken van wegen, altijd letten op andere
weggebruikers.
Voordat over andere oppervlakken dan gras wordt
gereden, de maaibladen altijd stilzetten.
NL-4
All manuals and user guides at all-guides.com
3.5
3.6
RANSOMES COMMANDER 3520
VEILIGHEIDS-, BEDIENINGS-
EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
Denk eraan dat sommige mensen doof of blind
zijn en dat kinderen en dieren onvoorspelbaar
kunnen reageren.
Houd een rijsnelheid aan die laag genoeg is
om te allen tijde en onder alle omstandigheden
een effectieve en veilige noodstop te kunnen
maken.
Verwijder of vermijd obstakels in het gebied dat
wordt gemaaid, om te voorkomen dat uzelf en/
of omstanders letsel oplopen.
Let extra goed op obstakels en/of omstanders
wanneer de machine achteruitrijdt. NOOIT
passagiers meevoeren.
Nooit vergeten dat de bediener of gebruiker
verantwoordelijk blijft voor ongevallen of risico's
waaraan andere personen of hun
eigendommen kunnen worden blootgesteld.
Als de machine wordt geparkeerd, opgeslagen
of onbewaakt wordt achtergelaten, de
maaieenheid altijd laten zakken tenzij de
transport-vergrendeling wordt gebruikt.
Gedurende het maaien, altijd stevig schoeisel
en een lange pantalon dragen. De uitrusting
nooit op blote voeten bedienen. Ook nooit open
sandalen dragen.
De grasopvangbak regelmatig controleren.
Altijd letten op tekenen die wijzen op slijtage of
beschadiging. Als een voorwerp wordt geraakt,
altijd een controle uitvoeren.
maaimachine controleren op tekenen die
wijzen op beschadiging. Vóór het starten of
bedienen van de machine altijd eerst de
noodzakelijke reparaties uitvoeren.
Als de machine zeer sterk gaat trillen, altijd
onmiddellijk controleren.
DE MACHINE VERVOEREN
Zorg ervoor dat de maaieenheden stevig zijn
vergrendeld in de transportstand. Vervoer de
machine niet met een draaiende maai-
inrichting.
Let bij het vervoer van de machine op d e
conditie van het wegdek, hellingen en
plaatselijke oneffenheden.
Door plotseling snelheid te verminderen of te
remmen kunnen de achterwielen omhoog
komen.
Onthoud dat de stabiliteit van de achterkant
van de machine vermindert naarmate de
brandstof wordt verbruikt.
HET VERLATEN VAN DE
BESTUURDERSPLAATS
Parkeer de machine op een horizontaal vlak.
Alvorens de bestuurdersplaats te verlaten,
moet de motor worden stilgezet en dient u zich
ervan te overtuigen dat alle bewegende delen
stationair zijn. Trek de parkeerrem aan en
ontkoppel alle aandrijvingen. Verwijder de
contactsleutel.
De

Publicité

loading