c) Kristallen vervangen
Om dubbele kanalen te voorkomen kan het noodzakelijk zijn om de kristallen van uw afstandsbedieningsinstallatie te vervangen. Omwille
van de bedrijfsveiligheid mag u enkel kristallen gebruiken die uitdrukkelijk door de fabrikant aanbevolen worden voor een gebruik bij uw
systeem.
•
Stop met rijden (motor afzetten, ontvanger uitschakelen, zender uitschakelen).
•
Trek (terwijl de zender uitgeschakeld is!) het zenderkristal uit de zender. Bij bepaalde afstandsbedieningen zit het kristal vast in een kunststof houder.
Trek het kristal eruit.
•
Vervang het kristal door een ander kristal met dezelfde frequentieband.
•
Let erop dat u het juiste kristal in de houder plaatst. Zenderkristallen zijn in de regel met de letters T of TX (T = "Transmitter" = zender) gemarkeerd.
•
Steek het kristal terug in de zender (de richting is niet van belang).
•
Open terwijl de motor en de ontvanger uitgeschakeld zijn de RC-box en haal de ontvanger uit de box.
•
Trek het ontvangerkristal aan het kunststof lipje uit de ontvanger.
•
Het passende kristal voor de ontvanger moet met hetzelfde kanaalgetal als het zenderkristal gemarkeerd zijn. Het is bijkomend met de letters R of RX (R
= "Receiver" = ontvanger) gemarkeerd.
•
Plaats het kristal met de bij de zender passende frequentie in de ontvanger. Leg de ontvanger terug in de RC-box en sluit de box.
•
Schakel de zender en daarna de ontvanger in en controleer de functie van de afstandsbedieningsinstallatie.
6. Set-Up
Na de eindmontage van het voertuig, de inbouw van de RC-installatie en het inlopen van de motor is het modelvoertuig in principe bedri-
jfsklaar en startklaar.
De rijeigenschappen van het modelvoertuig zijn zowel geschikt voor beginnelingen als voor gevorderde coureurs.
Met de rijkunst worden de eisen aan het modelvoertuig echter ook hoger. Deze eisen zijn afhankelijk van de rijstijl van de betreffende coureur en van zijn
ambities, hetzij de hoge eindsnelheid, het maximale koppel, toepassingen bij wedstrijden of "just for fun".
Set-Up:
•
Fijntunung van de motor
•
De voorspanning van de veren van de vier hydraulische schokdempers kan via oogschroeven hoger of lager gezet worden.
•
De invalshoek van de schokdempers en daarmee de progressiviteit van de demping kan door het verzetten in de bevestigingspunten aan de onderste
wieldraagarmen veranderd worden.
•
Voor de afstemming van het onderstel zijn er draadstangen in de bovenste wieldraagarmen van de voor- en achterwielen waarmee de wielvlucht traploos
in een breed bereik ingesteld kan worden.
•
Met de draadstangen in de rechter en linker spoorstang kan ook het spoor traploos en op fijne wijze afgesteld worden.
•
Natuurlijk kunt u ook volstrekt andere schokdempers of veren gebruiken.
•
Tot het toebehoren behoren differentieeloliën met een verschillende viscositeit waarmee u de sperwerking van het differentieel kunt beïnvloeden (hiervoor
moet het differentieel uit elkaar gehaald worden) en siliconenoliën met een verschillende viscositeit voor de hydraulische schokdempers.
Naast de boven genoemde set-up maatregelen kan het modelvoertuig ook omgebouwd worden:
•
Inbouwen van een middendifferentieel
Het middendifferentieel voorkomt spanningen in de aandrijving en zorgt zo voor een betere reactie van het voertuig op de stuurbewegingen.
•
Inbouwen van een automatische -versnellingsbak.
Dit geeft een groter bereik van het optimale koppel en maakt een nog betere acceleratie mogelijk.
•
Inbouwen van CVD aandrijfassen
Zo is de aandrijving van het wiel ook bij een sterke stuurinslag (en een sterk gebogen as) gewaarborgd.
© REELY 03/09
119
119
119