Nederlands
• Verwijder de retentiehechtdraad pas uit het
inbrenginstrument als het anker juist is vastgezet
in de inbrengplaats. Met de retentiehechtdraad
kan het anker worden teruggehaald indien dit
losraakt voordat het in het bot is ingebracht.
• Draai de torsiebegrenzer slechts zover linksom dat
de hechtdraad eenvoudig kan worden geschoven.
Door deze overmatig linksom te draaien kan de
binnenplug in het anker worden losgeschroefd van
het ankerimplantaat, hetgeen tot gevolg kan hebben
dat het anker beschadigd raakt of dat de binnenplug
losraakt van het inbrenginstrument en in het
gewricht valt.
Voorzorgsmaatregelen
Volgens de Amerikaanse wetgeving mag dit product
alleen door of op voorschrift van een arts worden
verkocht.
• Gevaren van hergebruik van dit hulpmiddel zijn onder
andere infectie van de patiënt en/of storing in het
hulpmiddel.
•
Inspecteer het product vóór gebruik om te zien of het
niet beschadigd is. U mag een beschadigd product niet
gebruiken.
•
Zoals bij alle hechtdraadanker- en hechttechnieken
dient de verkregen fixatie te worden beschouwd als
tijdelijk, totdat de biologische aanhechting van weefsel
aan bot heeft plaatsgevonden. De fixatie is mogelijk
niet bestand tegen het dragen van gewicht of andere
niet-ondersteunde belasting. Het hechtdraadanker en
de hechtdraad zijn niet bedoeld om een permanente
biomechanische bevestiging te bieden.
•
Overmatige krachtsuitoefening tijdens het inbrengen
kan een defect veroorzaken in het hechtdraadanker
of het inbrenginstrument.
•
Het bot moet geschikt zijn voor een goede plaatsing
van het hechtdraadanker.
•
Gebruikers dienen geen veranderingen aan te brengen
in het implantaat of de instrumenten. Anders kan de
werking nadelig worden beïnvloed.
•
Het postoperatieve bewegingsbereik dient door de arts
te worden bepaald.
•
Na gebruik kan dit product een biorisico vormen en
dient het behandeld te worden volgens algemeen
aanvaard medisch protocol en de van toepassing
zijnde plaatselijke en landelijke vereisten.
Nevenwerkingen
•
De hechtdraad kan breken
•
De bevestiging kan losraken of de hechtdraadankers
kunnen losgetrokken worden
•
Milde ontstekingsreactie
•
Reactie op lichaamsvreemd voorwerp
•
Infectie, zowel diep als oppervlakkig
•
Allergische reactie
Gebruiksaanwijzing
Voor het voorbereiden van de inbrengplaats en het in stand
houden van de axiale uitlijning tussen de inbrengplaats
en het FOOTPRINT Ultra PK hechtdraadanker wordt het
gebruik van goedgekeurde chirurgische instrumenten van
Smith & Nephew ten zeerste aanbevolen.
1.
Verwijder het hechtdraadanker uit de verpakking met
behulp van routinetechnieken voor steriel werken.
Opmerking: De torsiebegrenzer aan het proximale
uiteinde van het handvat is vooraf ingesteld en dient pas
te worden gedraaid als het anker volledig is geplaatst en
de juiste spanning op de hechtdraad wordt uitgeoefend.
2. Bereid de inbrengplaats voor met behulp van het
juiste hulpmiddel voor voorbereiding van gaten
van Smith & Nephew.
•
Wegwerpbare en herbruikbare priemen van
Smith & Nephew die specifiek voor het
hechtdraadanker zijn bestemd, kunnen
afzonderlijk worden aangeschaft.
•
Indien een groter gat nodig is, zoals bij hard bot,
kunnen herbruikbare boortjes die specifiek voor het
hechtdraadanker zijn bestemd afzonderlijk worden
aangeschaft.
•
Raadpleeg de onderstaande tabel voor het
aanbevolen hulpmiddel voor voorbereiding van
gaten.
Hechtdraadanker
FOOTPRINT Ultra
PK 4,5 mm
FOOTPRINT Ultra
PK 5,5 mm
22
10600584 Rev. D
Voor zacht
bot
REF 72202621,
taps
toelopende
priem van
3,8 mm,
wegwerpbaar
REF 72201915,
taps
toelopende
priem van
3,8 mm,
herbruikbaar
FOOTPRINT Ultra PK hechtdraadanker
Voor
algemeen
gebruik
REF
72202986,
3,8 mm
rechte priem,
wegwerpbaar
REF 72201450,
3,8 mm
rechte priem,
herbruikbaar
Gebruiksaanwijzing
Voor hard
bot
REF
72202116,
spatelboortje
van 3,5 mm
REF
72201707,
spatelboortje
van 4,5 mm