zou de olie weer de oorspronkelijke
smaak moeten hebben.
Slechte olie herkennen
• Als uw olie een van de volgende eigen-
schappen vertoont, moet u de olie com-
pleet vervangen:
- scherpe, slechte geur;
- slechte smaak van de gefrituurde le-
vensmiddelen;
- bruine, harde afzettingen;
- schuimvorming bij het verhitten;
- sterke rookvorming bij lage tempera-
turen.
Wat te doen met de oude olie?
WAARSCHUWING voor materiële
schade!
Giet frituurolie niet in de afvoer of het
toilet! Er kunnen verstoppingen ontstaan
doordat de olie of het vet uithardt.
• In huishoudelijke hoeveelheden mag
olie samen met het huishoudelijk afval
worden afgevoerd.
• Giet de olie niet rechtstreeks in de afval-
container, maar giet hem na het afkoe-
len eerst over in de originele verpakking
of bijvoorbeeld een leeg melk- of vruch-
tensappak.
• U kunt de olie ook inleveren bij een in-
zamelpunt voor gebruikt vet.
6. Oliereinigingsfunctie
GEVAAR voor verwondingen
door verbranding!
Laat de olie na het frituren afkoelen, ten
minste totdat het groene controlelampje
voor de oliereiniging 27 brandt. Zo-
lang het rode controlelampje voor de
oliereiniging 26 brandt, is de frituurolie
te heet om te worden afgetapt.
Met de schuifknop 17 kunnen de volgende
standen worden ingesteld:
In de linker stand kan het oliebe-
waarbakje 21 in het opberg-
vak 19 worden geschoven en kan
de oliepan 8 worden geplaatst of
verwijderd.
In deze stand mag de frituurpan
niet ingeschakeld zijn.
De middelste stand is bedoeld voor
het frituurproces inclusief opwar-
men en afkoelen. In deze stand kan
het oliebewaarbakje 21 niet eruit
worden getrokken resp. naar bin-
nen worden geschoven. De olie-
pan 8 kan worden geplaatst of
verwijderd.
In de rechterstand wordt de afvoer
voor olie uit de oliepan 8 naar het
oliebewaarbakje 21 geopend. De
olie stroomt door de kleine zeef in
de bodem van de oliepan 8 en
wordt gereinigd. In deze stand kan
het oliebewaarbakje niet eruit wor-
den getrokken resp. naar binnen
worden geschoven en de oliepan
mag niet worden verwijderd of ge-
plaatst. De frituurpan mag niet in-
geschakeld zijn.
De gereinigde frituurolie wordt goed afge-
sloten bewaard in het oliebewaarbakje 21.
Gereinigd en luchtdicht afgesloten is de olie
langer houdbaar. De frituurpan kan worden
gereinigd. Voor het volgende frituurproces
55
NL