MONTAGE GENERAL
● Atteler la trémie frontale à l'avant du tracteur (fig.1).
● En position normale de travail, la garde au sol sous les tubes latéraux du
châssis est de 35 cm environ (fig.2).
● Effectuer le branchement électrique.
● Raccorder le vérin hydraulique au tracteur (une prise simple effet). Régler à
l'aide du limiteur de débit la vitesse de montée de la roue. Ce mouvement ne
doit pas être trop brutal, ceci afin d'éviter d'éventuels dommages.
● Mettre en place le long du tracteur les tuyaux plastique rigide. Ne pas
ajouter de coudes supplémentaires, cela serait préjudiciable au bon
écoulement du produit.
Recouper les tuyaux au niveau de l'axe des roues avants et arrières tracteur
(fig. 3).
Positionner les tubes plastique rigide à environ 950mm de l'axe du tracteur (fig.
4) (cote conseillée).
● Pour déterminer la longueur des tuyaux de raccordements souples, faire le
montage avec la trémie avant posée au sol (fig.3).
● Monter sur le semoir la colonne de distribution.
● Monter les cyclones sur le semoir à côté de chaque élément de mise en
terre de l'engrais.
● Relier les cyclones aux bottes en ajustant au mieux la longueur des tuyaux
(avec le tuyau souple gris ∅ 35 intérieur).
● Monter les tuyaux reliant la colonne aux cyclones, ceux-ci devront être
impérativement tous de la même longueur, il faut donc commencer le
montage par les rangs extérieurs. Pour un bon écoulement du produit, éviter
les coudes trop vifs et les contre pentes.
IMPORTANT :
Il existe deux diamètres de tuyau entre la tête de répartition et les cyclones :
● Ø 50 intérieur pour les semoirs < ou = à 7 rangs (fig.5)
● Ø 40 intérieur pour les semoirs > à 7 rangs (fig.5)
Il est déconseillé de condamner une ou plusieurs sorties au niveau de la tête
de répartition, afin d'éviter des variations importantes sur le débit.
Pour une distribution aussi régulière que possible entre les rangs, respecter
les indications ci-dessus. Ne jamais oublier que l'air sous pression prendra
plus facilement le tuyau le plus court et le moins tortueux.
ALLGEMEINE MONTAGE
● Den frontmontierten Düngerstreuer an die Vorderseite des Schleppers
ankuppeln.
● In der normalen Arbeitsstellung beträgt die Bodenfreiheit ca. 35 cm unter
den seitlichen Rohren des Rahmens.
● Den Stromanschluss vornehmen.
●
Das
Arbeitszylinder
zum
anschliessen.
Die
Hebegeschwindigkeit
Mengenbegrenzers einstellen. Diese Bewegung soll nicht zu hart sein, damit
etwaige Schäden vermieden werden.
● Das Kunststoffleitungsrohr längs des Schleppers anbringen. Keine
zusätzliche Biegungen hinzufügen. Sonst wäre es für das Durchfliessen des
Produkts nachteilig.
Die Rohre in Höhe der vorderen und hinteren Radachsen des Traktors
abschneiden (Abb. 3).
Die steifen Kunststoffrohe in ca. 950 mm Abstand von der Traktorachse (Abb.
4) anbringen (empfohlenes Maß).
● Um die Länge der Anschlussschläuche zu bestimmen, die Montage bei auf
dem Boden abgelegtem vorderem Behälter vornehmen (Abb. 3).
● Die Verteilungssäule auf die Sämaschine anbringen.
● Die Zyklone auf jedes Düngereinlegeelement der Sämaschine montieren.
● Die Zyklone zu den Einpflanzschuhen anschliessen und die Länge der Rohre
(mit dem grauen Schlauch Innendurchmesser 35) am besten einstellen.
● Die Rohre, die die Säule mit den Zyklonen verbinden, montieren. Alle die
Rohre müssen unbedingt dieselbe Länge haben. Deshalb muss deren
Montage von den äusseren Reihen aus angefangen werden. Um das gute
Durchfliessen des Produktes zu gewährleisten, sind zu scharfe Biegungen und
Gegenhänge zu vermeiden.
WICHTIG !
Es gibt zwei Rohrdurchmesser zwischen dem Verteilungskopf und den Zyklonen :
● Innendurchm. 50 bei Sämaschinen
● Innendurchm. 50 bei Sämaschinen
Es ist nicht ratsam, einen oder mehrere Ausläufe auf dem Verteilungskopf zu
verriegeln, um grössere Durchflußschwankungen zu verhindern.
Beachten Sie die obigen Hinweise für eine möglichst regelmässige Verteilung
zwischen den Reihen. Vergessen Sie nicht, dass die Luft unter Druck leichter durch
das kürzeste und geradlinigste Rohr fliesst
Schlepper
(einfachwirkender
Anschluss)
des
Rades
mittels
7 Reihen oder weniger
7 Reihen oder mehr
● Hitch up the hopper to the front of the tractor (fig. 1).
● In normal working position, the ground clearance under the side tubes of the
frame will be around 35 cm (fig. 2).
● Connect up the electric power system.
● Connect up the hydraulic cylinder to the tractor (single acting). Adjust the
speed of the wheel lift by using the flow limiter. This movement should not be
too brutal in order to avoid damage.
● Position the rigid plastic hose along side the tractor. Do not add any extra
bends, product flow will be affected.
● Cut the pipes at the level of the axle of the front and rear tractor wheels
(fig. 3).
Position the rigid plastic tubes approximately 950mm away from the axle of the
tractor (fig. 4) (measurement recommended).
● In order to determine the length of the flexible connecting pipes, carry out
the assembly with the front hopper placed on the ground (fig. 3).
● Assemble the distribution column on the planter.
● Assemble the cyclones on the planter on the side each fertilizer knife or disc.
● Link the cyclones to the knives, adjusting the length of the hoses (with the
supple grey hose inner ∅ 35).
● Assemble the hoses linking the column to the cyclones these hoses must all
be of the same length so assembly must begin with the outer rows. For a
smooth flow of the product, avoid bending and counter sloping of the hoses.
IMPORTANT :
There exists two diameters of hose between the distributor head and the
cyclones :
● Ø 50 (inner) for the planters under or equal to 7 rows
● Ø 40 (inner) for the planters over 7 rows
It is not recommended to block off one or several outlets on the distributor
head in order to avoid important variations of the flow.
For a distribution as regular as possible between the rows, follow the above
indications. Never forget that air under pressure will pass more easily through
the shortest and straightest hose.
● De frontale hopper aankoppelen aan de voorkant van de tractor (fig. 1).
● In de normale werkstand is de afstand tot de bodem onder de laterale
buizen van het frame ongeveer 35 cm (fig. 2).
● De elektrische aansluiting uitvoeren.
● De hydraulische cilinder aansluiten op de tractor (enkelwerkend ventiel).
● Met behulp van de debietbegrenzer de snelheid instellen waarmee het wiel
des
wordt geheven. Deze beweging mag niet te bruusk zijn, om eventuele schade
te voorkomen.
● De slangen van hard plastic langs de tractor plaatsen. Geen extra
kniestukken toevoegen, dat zou goede doorstroming van het product
benadelen.
De slangen doorzagen ter hoogte van de assen van de voor- en achterwielen
van de tractor (fig. 3).
De slangen van hard plastic op ongeveer 950 mm van de as van de tractor
plaatsen (fig. 4) (aanbevolen waarde).
● Om de lengte te bepalen van de soepele verbindingsslangen, de montage
uitvoeren terwijl de fronthopper op de bodem staat (fig. 3).
● De distributiekolom op de zaaimachine monteren.
● De cyclonen op de zaaier monteren naast elk element dat de kunstmest
uitstrooit.
● De cyclonen verbinden met de bundels, daarbij de lengte van de slangen zo
goed mogelijk aanpassend (met de soepele grijze slang ∅ 35 binnenkant).
● De slangen monteren die de kolom met de cyclonen verbinden, deze
moeten verplicht allemaal dezelfde lengte hebben, daarom moet men de
montage beginnen met de buitenste rijen. Voor goede doorstroming van het
product, moet men te scherpe kniestukken en tegenhellingen vermijden.
BELANGRIJK:
Er zijn slangen van twee diameters tussen de distributiekop en de cyclonen:
● Ø 50 binnenkant voor de zaaiers < of = 7 rijen (fig. 5)
● Ø 40 binnenkant voor de zaaiers > 7 rijen (fig. 5)
Het wordt afgeraden om een of meer uitgangen af te sluiten ter hoogte van de
distributiekop om al te grote debietvariaties te vermijden.
Voor een zo regelmatig mogelijke verdeling tussen de rijen, bovenstaande
aanwijzingen naleven. Vergeet nooit dat perslucht altijd eerder de kortste en minst
kronkelende slang zal nemen.
13
GENERAL ASSEMBLY
ALGEMENE MONTAGE