2
1
Spoelbeurt
Spoel de machine zoals beschreven in hoofdstuk "8.1.4 Spoelbeurt" op pagina 217.
8.1.6
Reiniging van het oppervlak van de machine
De machinebehuizing evenals de machinesokkel kunnen met een pluisvrije doek en een
gangbaar reinigingsmiddel worden afgeveegd.
8.1.7
Reiniging van het toebehoren
De hierna genoemde delen kunnen in de vaatwasmachine worden gereinigd:
•
spatbescherming (8),
•
pacosseervleugel (9),
•
pacosseerbeker (10),
•
veiligheidsbeker (12),
•
spoelinzetstuk, groen (13),
•
bekerafdichting, blauw (14),
•
reinigingsinzetstuk, blauw (15).
5.
Druk op de START-TOETS (21). De reinigingsbeurt start.
Denk eraan dat de machine zich hiervoor al in de
"Gebruiksmodus" moet bevinden (zie "START-TOETS"
op pagina 205).
6.
Tijdens de reinigingsbeurt bestaat de mogelijkheid
om de ontluchtingsslang door te spoelen door op
de ontluchtingstoets (7) te drukken. Hiervoor moet
bij het omhooglopen van de pacosseeras (2) op de
ontluchtingstoets worden gedrukt
een kom onder het uiteinde van de ontluchtingsslang
wordt gehouden om het eruit spattende water op te
vangen
.
2
7.
Neem na beëindiging van de spoelbeurt (de
motor staat stil) de veiligheidsbeker (12) met
pacosseerbeker (10) weg.
Draai hiervoor de veiligheidsbeker ca. 90° naar rechts
en neem deze naar beneden toe weg
Verwijder het blauwe reinigingsinzetstuk (15)
en de blauwe bekerafdichting (14)
pacosseerbeker leeg.
1
. Let erop dat
1
.
2
. Maak de
221
NL