LUBRIFICATION & ENTRETIEN PÉRIODIQUE - SCHMIERUNG & REGELMÄSSIGE WARTUNG -
Austausch der Hydraulikölfilterpatrone
Die Hydraulikölfilterpatrone befindet sich unter der linken
Trittfläche.
ABB. 79: Den Hydraulikölfilter nach Ablassen des Öls immer
ersetzen. Ölfilter(1) vorsichtig von seinem Sitz schrauben.
Falls erforderlich einen Filterschlüssel verwenden.
Den Sitz reinigen und die Dichtung des neuen Filters mit
frischem Hydrauliköl bestreichen. Den neuen Ölfilter
aufschrauben, bis die Dichtung die Ansatzfläche berührt und
dann den Filter um eine 2/3-Drehung manuell anziehen. Zum
Festziehen keinen Ölfilterschlüssel verwenden.
Die Patrone nach den ersten 50 Betriebsstunden und danach
alle 200 Stunden wechseln.
Frontachsenöl
Die Frontachse hat einen gemeinsamen Ölstand für das
vordere Differentialgehäuse und jede Raduntersetzungs-
einheit. Der Ölstand sollte alle 50 Betriebsstunden überprüft
und alle 300 Stunden gewechselt werden.
ABB. 80: Ölstand prüfen – Stellen Sie den Traktor auf
ebenem Untergrund ab und nehmen Sie den Ölkontrollstopfen
ab (1). Der Ölstand sollte bis zur Höhe des Kontrollstopfens
- oder leicht darunter - reichen. Entfernen Sie den
Einfüllstopfen (2) und füllen Sie das Öl nach, bis es aus der
Öffnung des Ölkontrollstopfens austritt. Setzen Sie den
Ölkontrollstopfen und den Einfüllstopfen wieder ein.
Ölwechsel – Nehmen Sie die Ablassschraube (3) aus beiden
Raduntersetzungseinheiten ab. Nachdem alles Öl abgeflossen
ist, Ablassschraube wieder einsetzen und Öl bis zur Öffnung
des
Ölkontrollstopfens
Ölkontrollstopfen und den Einfüllstopfen wieder ein.
auffüllen.
Setzen
Sie
SMERING EN REGELMATIG ONDERHOUD
Vervanging van de oliefilter voor de hydrostatische
versnellingsbak
De oliefilter voor de hydrostatische versnellingsbak bevindt
zich links onder het platform.
FIG. 79: Vervang de filter voor de hydraulische olie altijd als
u de olie aftapt. Schroef de oliefilter (1) voorzichtig los. Het
kan nodig zijn een filtersleutel te gebruiken.
Maak de filterhouder schoon en smeer de pakking van de
vervangfilter in met zuivere hydraulische olie. Schroef de
nieuwer filter aan tot de pakking de houder raakt en draai dan
nog tweederde slag vaster. Gebruik geen filtersleutel om de
filter vast te draaien.
Vervang de filter voor de eerste keer na vijftig uur, daarna elke
200 uur.
Olie voor de voorasoverbrenging
De voorasoverbrenging heeft een gemeenschappelijk oliepeil
voor het voorste differentieel en elke eindreductie. Controleer
het oliepeil elke vijftig werkuren en ververs de olie elke 300
uur.
FIG. 80: Om het oliepeil te controleren, parkeert u de tractor
op een vlakke ondergrond en verwijdert u de oliepeildop (1).
De olie moet gelijk of bijna gelijk staan met de opening van
de oliepeildop. Verwijder de vuldop (2) en voeg olie toe tot het
peil op gelijke hoogte komt met de opening van de
oliepeildop. Zet de oliepeil- en vuldop weer vast.
Om de olie te verversen, verwijdert u de aftapplug (3) van
beide eindreductie-eenheden. Als alle olie is afgetapt, schroeft
u de aftappluggen weer vast en vult u de behuizing tot aan de
opening van de oliepeildop. Zet de oliepeil- en vuldop weer
den
vast.
137