LUBRIFICATION & ENTRETIEN PÉRIODIQUE - SCHMIERUNG & REGELMÄSSIGE WARTUNG -
STILLLEGUNG ÜBER LÄNGERE ZEIT
Vor längerer Stilllegung des Traktors wie bei Saisonende sind
die nachfolgenden Vorbereitungen auszuführen, um den
Traktor für diesen Zeitraum zu schützen. Diese Maßnahmen
hängen auch von Klimazone und Jahreszeit ab.
1. Motoröl und –filter wechseln. Den Motor fünf Minuten
im Leerlauf laufen lassen, um alle Komponenten zu
schmieren.
2. Alle
Schmiernippel
Gestängegelenke leicht ölen.
3. Anbaugeräte abmontieren.
4. Traktor nach Möglichkeit in einem geschlossenen Raum
abstellen, um ihn vor Witterungseinflüssen zu schützen.
5. Den Traktor aufbocken und die Achsen abstützen, um die
Reifen zu entlasten und vor Öl und Bodenfeuchtigkeit zu
schützen.
ABB. 113:
6. Dreipunkt-Hubgestänge durch Drehen des Absenk-
geschwindigkeits-Griffes (1) im Uhrzeigersinn bis zum
Einrasten anheben.
ABB. 114:
7. Kraftstofftank auffüllen, damit sich kein Kondenswasser
bilden kann. Kraftstoffhahn (2) in „Off"-Position drehen
(Griff nach oben).
8. Batterie ausbauen und an einen kühlen, trockenen Ort
lagern.
9. Bei Stilllegung bei kaltem Wetter darauf achten, dass sich
ausreichend Frostschutzmittel im Kühlsystem befindet.
Alternativ Kühlwasser aus Kühler und Motorblock
ablassen.
10. Ein Additiv für Dieselkraftstoff zur Langzeitstabili-
sierung hinzufügen, falls erhältlich.
11. Falls kein Stellplatz in einem geschlossenen Raum zur
Verfügung steht, den Traktor und Auspuff zum Schutz vor
Regen und Schnee mit einer Plane abdecken.
ABB. 115:
12. Kupplungspedal durchtreten und mit dem Haken (3) in
gelöster Stellung verriegeln. (Mechanisches Getriebe)
HINWEIS: Dies vermeidet einen Verschleiß der Kupplung bei
einer längeren Stilllegung des Traktors.
13. Korrigieren Sie eventuelle Kratzer mit Lack.
Nach der Stilllegung: Schmieren und warten Sie den Traktor,
bevor Sie ihn wieder in Betrieb setzen. Einzelheiten hierzu
finden Sie im Kapitel „Schmierung und Wartung".
• Führen Sie eine vollständige Inspektion vor dem Start
durch. Achten Sie darauf, dass alle Bedienelemente
korrekt funktionieren.
• Lassen Sie den Motor etwa 30 Minuten lang im
Leerlauf laufen. Auf Undichtigkeiten überprüfen und
gegebenenfalls reparieren.
mit
Fett
versehen
SMERING EN REGELMATIG ONDERHOUD
STALLEN
Als u de tractor voor een langere periode wil stallen (vb. in de
winter) dient u een aantal voorzorgsmaatregelen te treffen om
hem tijdens die periode te beschermen. Deze maatregelen zijn
afhankelijk van het klimaat en het seizoen.
1. Ververs de motorolie en vervang de motoroliefilter. Laat
de motor gedurende vijf minuten stationair draaien om de
onderdelen te smeren.
und
2. Smeer alle smeernippels en ook de draaipunten van de
bedieningsorganen.
3. Koppel werktuigen af.
4. Stal de tractor, indien mogelijk, in een afgesloten ruimte
om hem tegen slecht weer te beschermen.
5. Blokkeer de tractor om het gewicht van de banden weg te
nemen en de banden te beschermen tegen een vette of
vochtige ondergrond.
FIG. 113:
6. Hef de driepuntshefinrichting op en vergrendel ze in de
hoogste stand door de knop voor de daalsnelheid (1)
volledig naar rechts te draaien.
FIG. 114:
7. Vul de brandstoftank om condensatie aan de binnenwand
van de tank te voorkomen. Draai de filterkraan (2) in de
OFF-stand (hendel omhoog).
8. Verwijder de accu en bewaar hem op een koele, droge
plaats.
9. Als de tractor in de winter wordt gestald, zorgt u ervoor
dat het gebruikte antivriesmiddel geschikt is. Als
alternatief kan u de radiator en het motorblok aftappen.
10. Vraag u dieselleverancier of u tijdens de periode van het
stallen een additief aan de brandstof kan toevoegen.
11. Als u de tractor niet in een afgesloten ruimte kan plaatsen,
leg er dan een dekzeil of iets dergelijks over en bedek de
uitlaatpijp om te voorkomen dat er regen of sneeuw in
terechtkomt.
FIG. 115:
12. Druk het koppelingspedaal in en vergrendel met de haak
(3)
in
de
versnellingsbak)
NOOT: Dit om te voorkomen dat de koppeling vast komt te
zitten als de tractor voor een langere periode wordt
gestald.
13. Schilder krassen bij met verf.
Als u de tractor na lange tijd opnieuw gebruikt, voert u een
degelijke onderhouds- en smeerbeurt uit. Raadpleeg het
hoofdstuk "Smering en regelmatig onderhoud" voor meer
details.
• Voer een volledige controle voor de start uit. Zorg
ervoor dat alle bedieningsorganen correct werken.
• Laat de motor ongeveer 30 minuten stationair draaien.
Controleer op lekken en herstel indien nodig.
ontkoppelde
stand.
(Mechanische
167