www.evolutionpowertools.com
l) Gebruik een hulpgeleider die contact
maakt met de bovenkant van de tafel
bij het langszagen van werkstukken die
dunner zijn dan 2 mm. Een dun werkstuk kan
klem komen te zitten onder de parallelaanslag
en een terugslag veroorzaken.
3) Oorzaken van terugslag en gerelateerde
waarschuwingen
Terugslag is een plotselinge reactie van
het werkstuk als gevolg van een gekneld,
geblokkeerd zaagblad of een verkeerd
uitgelijnde snijlijn in het werkstuk tegenover
het zaagblad of als een deel van het werkstuk
vastloopt tussen het zaagblad en de
parallelaanslag of een ander vast object.
Meestal wordt het werkstuk bij een terugslag
van de tafel geheven door het achterste
gedeelte van het zaagblad en wordt het naar de
bediener geslingerd.
Terugslag is het resultaat van verkeerd gebruik
van de zaag en/of onjuiste werkprocedures
of -omstandigheden die voorkomen
kunnen worden door de hiernavolgende
voorzorgsmaatregelen te nemen.
a) Sta nooit in een directe lijn met het zaagblad.
Plaats uw lichaam altijd aan dezelfde zijde van
het zaagblad en de geleider. Terugslag kan het
werkstuk met hoge snelheid slingeren naar
personen die voor of in de lijn van het zaagblad
staan.
b) Grijp nooit over of in het zaagblad om
aan het werkstuk te trekken of het te
ondersteunen. Onbedoeld contact met het
zaagblad kan het gevolg zijn of terugslag kan uw
vingers in het zaagblad trekken.
c) Houd of duw het werkstuk dat gezaagd
wordt nooit tegen het draaiende zaagblad.
Het werkstuk dat gezaagd wordt tegen het
zaagblad drukken heeft vastlopen en terugslag
tot gevolg.
d) Plaats de geleider evenwijdig met het
zaagblad. Een verkeerd uitgelijnde geleider
knelt het werkstuk tegen het zaagblad en heeft
terugslag tot gevolg.
e) Gebruik een haarplank om het werkstuk
tegen de tafel en het schot te geleiden
als het werkstuk niet volledig wordt
doorgezaagd zoals sponnen, plinten en
diagonaal zagen. Een haarplank helpt het
werkstuk te controleren bij een terugslag.
f) Wees extra voorzichtig als u in dode
hoeken van gemonteerde werkstukken
snijdt. Het uitstekende zaagblad kan objecten
zagen die terugslag kunnen veroorzaken.
g) Ondersteun grote panelen om het risico
op het vastlopen van het zaagblad en
terugslag te minimaliseren. Grote panelen
kunnen doorbuigen vanwege hun eigen
gewicht. Steun(en) moet(en) worden geplaatst
onder alle gedeeltes van het paneel die over de
tafel hangen.
h) Wees extra voorzichtig bij het snijden van
een werkstuk dat gedraaid, geknoopt,
kromgetrokken is of geen rechte rand
heeft om het met een verstekgeleiding
of langs de geleider te leiden. Een
kromgetrokken, geknoopt of gedraaid
werkstuk is onstabiel en veroorzaakt foutieve
uitlijning van de zaagsnede met het zaagblad,
vastlopen en terugslag.
i) Snij nooit meer dan één werkstuk, verticaal
of horizontaal gestapeld. Het zaagblad kan
meer dan één stuk oppakken en een terugslag
veroorzaken.
j) Plaats het zaagblad in de zaagsnede en
controleer of de zaagtanden geen contact
met het materiaal hebben, wanneer u de
zaag met het zaagblad in een werkstuk
herstart. Als het zaagblad vastloopt, kan
het het werkstuk optillen en een terugslag
veroorzaken als de zaag opnieuw wordt
gestart.
k) Houd zaagbladen schoon, scherp en
voldoende afgesteld. Gebruik nooit
vervormde bladen of zaagbladen met
gescheurde of gebroken tanden. Slijp en stel
zaagbladen correct af om vastlopen, afslaan of
terugslag te minimaliseren.
4) Waarschuwingen inzake
bedieningsprocedures van de tafelzaag
a) Schakel de tafelzaag uit en trek het
stroomsnoer eruit als u het inzetstuk
van het tafel verwijdert, het zaagblad
vervangt of aanpassingen aan het
spouwmes, antiterugslagapparaat of de
bewaker van het zaagblad maakt en als de
machine onbeheerd wordt achtergelaten.
Voorzorgsmaatregelen voorkomen ongevallen.
b) Laat de draaiende tafelzaag nooit
onbeheerd achter. Schakel deze uit en laat
het gereedschap niet achter tot het volledig
tot stilstand is gekomen. Een onbeheerde,
draaiende zaag is een ongecontroleerd gevaar.
c) Plaats de tafelzaag in een goed verlichte
en vlakke omgeving waar u een goede
stabiliteit en een goed evenwicht hebt.
Deze moet geïnstalleerd worden in een
omgeving die voldoende ruimte biedt om
met de omvang van het werkstuk om te gaan.
Nauwe, donkere omgevingen en ongelijke,
gladde vloeren zijn een oorzaak van ongevallen.
d) Reinig en verwijder zaagstof onder de
tafelzaag en/of de stofverzamelaar
regelmatig. Opgehoopt zaagstof is brandbaar
en kan uit zichzelf ontbranden.
e) De tafel moet gezekerd worden. Een
tafelzaag die niet correct beveiligd is, kan
verschuiven of kantelen.
f) Verwijder gereedschap, houtafval enz.
van de tafel voor de tafelzaag wordt
ingeschakeld. Afleiding of een mogelijke
blokkering kan gevaarlijk zijn.
g) Gebruik altijd zaagbladen met het juiste
formaat en de juiste vorm (diamant
87
NL