Télécharger Imprimer la page

Güde 275/10/24 PRO Traduction Du Mode D'emploi D'origine page 38

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 19
Veiligheidsinstructies vóór de eerste ingebruikneming
Wijze van aanpak
1.
Inschakelen en uitschakelen van de compressoren:
De aan/uit-schakelaar (draai- en trekschakelaar) bevindt
zich bij alle machines aan het drukschakelaardeksel
boven. De schakelpositie is met "0" en "I" gekenmerkt.
Bij het insteken van de stekker moet de schakelaar op
"0" staan; pas dan inschakelen. Bij uitschakelen eerst op
"0" zetten, dan de kabel uit het stopcontact verwijderen.
Principieel mag het apparaat nooit door trekken van de
stekker uitgeschakeld worden omdat de ingebouwde
aanloopontlasting niet werkzaam wordt.
Let op: Regelmatig (maandelijks) condenswater
aftappen (zie aftapschroef).
Bediening
1.
Gebruik van persluchtmachines en werktuigen
Gelieve de gegevens over luchtverbruik van de
desbetreffende fabrikant op te volgen. Controleer of de
prestatie van de compressor voor de werking
toereikend is. Als aanwijzing en richtlijn kan de hier
bovenstaande tabel van luchtverbruik dienen.
2.
Onderhoud en verzorging
De oliestand moet regelmatig gecontroleerd worden en
bij behoefte nagevuld worden. Het luchtfilter al
naargelang de vervuiling reinigen; de inzetstukken met
schoonmaak- of wasmiddel uitwassen, geen
verdunnings- of oplosmiddelen gebruiken. Bij behoefte
nieuwe filtersets bij uw klantendienst bestellen.
3.
Ketelwater aftappen
Het uitlaatventiel voor ketelwater bevindt zich bij iedere
compressor – onafhankelijk van type – aan de
onderkant van de ketel. Het aftappen van water slechts
dan uitvoeren, als de ketel onder druk staat.
4.
Openen van het aflaatventiel
De sluitschroef slechts zo ver opendraaien, tot lucht
ontsnapt. Eventueel aanwezig water wordt dan
uitgeblazen.
5.
Roestwater
Het is mogelijk dat er bij het eerste aftappen roestwater
uitvloeit. Het roestwater wordt door spanen veroorzaakt
die bij de ketelproductie in de tank zijn gevallen. Dit is
volkomen normaal en het water wordt na een aantal
malen aftappen steeds schoner.
Olievuldop en oliestandcontrole (voor oliehoudende
compressoren)
Bij apparaten met oliepeilstok (1), na het verwijderen van de
oliepeilstok (1), in de aanwezige opening (2) olie bijvullen en
volgens de markering aan de peilstok controleren. Bij
apparaten met kijkglas en markering in glas de olievuldop
verwijderen en olie tot de markering in het kijkglas bijvullen.
Bij kijkglas zonder markering is de juiste vulling 2/3 - 3/4 van
het kijkglas. De uitlaatschroef voor olie bevindt zich telkens
aan de zijkant of beneden aan de krukaskast.
Luchtaansluiting en terugslagklep
Afb. 6
1. Luchtaansluiting (2): Bij alle compressoren vindt de
luchtaansluiting (2) via een snelkoppeling plaats. Men kan
de druk verminderen als ook de gehele keteldruk
afnemen.
2. Terugslagklep: Deze bevindt zich aan het einde van de
hoofdleiding, aan de luchtingang naar de oliebak. De
aansluitingplaats is bij de verschillende types telkens
anders geplaatst.
De afgaande leiding loopt naar de aanloop ontlastingklep.
3. Overdrukklep: Deze bevindt zich al naargelang het
compressortype aan de drukschakelaar (4), aan de
drukverminderingseenheid of aan de ketel. De
overdrukklep reageert bij een eventuele foutfunctie van
de drukschakelaar (4) en bewaakt de keteldruk op max.
uitschakeldruk + 1 bar!
4. Drukregelaar (1): Om de benodigde druk te kunnen
instellen, trek de instelknop naar boven en stel de
gewenste druk + 1 bar aan de manometer in. Om de
drukregelaar (1) te vergrendelen, druk de instelknop weer
naar beneden. Na het éérste gebruik, indien nodig, op
gelijke wijze nastellen.
Veiligheidsinstructies voor de bediening
Gebruik de machine pas nadat u de gebruiksaanwijzing
aandachtig hebt gelezen en begrepen.
Let op alle, in de gebruiksaanwijzing aangegeven,
veiligheidsinstructies.
Gedraagt u zich verantwoord tegenover andere personen.
Inspectie en onderhoud
BELANGRIJK: Na ca. ½ tot 1 bedrijfsuur de
cilinderkopschroef controleren, bij behoefte nadraaien.
Draaimoment: ca. 20 Nm / goed handvast. Verder: De
cilinderkopschroef en alle andere schroefverbindingen aan
het apparaat na elke 200 - 300 bedrijfsuren controleren,
eventueel vastdraaien.
Onderhoud
Het aanzuigfilter al naargelang de vervuiling reinigen of door
een nieuw aanzuigfilter vervangen. Het condenswater
regelmatig na gebruik van het apparaat door het openen van
de uitlaatklep aan de ketel uit te laten. Dit zou bij
continubedrijf elke 4-6 weken moeten plaatsvinden. Bij
slechts kortlopend inzetten van het apparaat, verdeeld over
het jaar elke 3 maanden. Bij alle door V-riem aangedreven
compressoren dient de riemspanning regelmatig (elke 4-6
weken) gecontroleerd te worden.
Oliestandcontrole en olieverversing
De juiste oliestand kan d.m.v. het oliekijkglas (indien
aanwezig) of de peilstok gecontroleerd worden.
Maximumstand = In het kijkglas moet nog een kleine
luchtbel te zien zijn, resp. het bovenste kenmerk aan de
peilstok.
Minimumstand = De rode punt in het midden van het kijkglas
mag niet onderschreden worden, resp. het onderste kenmerk
aan de peilstok.
Voorgeschreven olie = olie voor meerdere
toepassingsgebieden - 15 W 40 (100 bedrijfsuren) of
Güde compressorolie 5W40, artikel nr. 40056 (300-500
bedrijfsuren)
Olie verversen:
Na het verloop van ca. 100 bedrijfsuren de eerste
olieverversing uitvoeren.
Overige olieverversingen na ca. 300 - 500 bedrijfsuren.
Olie vullen: olievuldop afschroeven en olie m.b.v. een trechter
ingieten.
Olie aftappen: aftapschroef voor olie uitschroeven en olie er
aftappen.
Luchtfilter:
Luchtfilter ca. elke 3 maanden controleren. Schuimstoffilter
wordt in een bad met spoelmiddel uitgewassen. Bij sterke
vervuiling door verf of lak: vervangen!
Vouwfilter slechts met perslucht uitblazen, eventueel
vervangen; niet uitwassen!
38

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

75501