Alleen elektriciens mogen de onderstaand beschreven
LET OP:
werk¬zaamheden aan elektrische voorzieningen uitvoe-
ren. Voor alle werkzaamheden aan het schakeltoestel, aan
de pomp of aan de niveaubesturing moeten hoofdschake-
laar en zekeringen uitgeschakeld zijn, dat betekent, span-
ningvrij en tegen opnieuw inschakelen beveiligd zijn.
5.1 Algemene instructies
Voor het elektrisch schakeltoestel moet er een externe ho-
ofdschakelaar geïnstalleerd worden, waarmee in noodge-
vallen alle nageschakelde schakelcuicuits onafhankelijk van
de besturing kunnen worden uitgeschakeld. Dit dient duide-
lijk aan het schakeltoestel te worden toegewezen.
Alle aangesloten kabels dienen van trekkracht te worden
ontlast.
Niet gebruikte schroefverbindingen moeten absoluut des-
kundig worden afgesloten.
Alle aan het elektrisch schakeltoestel aangesloten kabels
BELANGRIJK:
dienen bij beëindigde installatie door geschikte maatre-
gelen (bv. kabelbinders) zodanig te worden gefixeerd, dat
zij in het geval van 1 fout, dus bij het loskomen van een
verbinding, niet tot een gevaar leiden.
Neem de nationale en lokale veiligheidsvoorschriften in acht.
Als deze niet worden opgevolgd, kan daaruit een gevaar
voor personen ontstaan. Bovendien ontstaat daaruit een
uitsluiting van aansprakelijkheid en garantie. Na beëindiging
van de werkzaamheden moet het behuizingdeksel weer des-
kundig worden gesloten.
5.2 Montage van het schakeltoestel
Schroef het behuizingdeksel met max. 1 Nm vast. Installeer
het meegeleverde schakeltoestel in een vorstvrije, droge,
tegen overstroming beveiligde en goed geventileerde ruim-
te. Het schakeltoestel is voorzien voor verticale montage op
de muur op een vaste ondergrond. Om te hoge binnentem-
peraturen te verinderen dient er voor voldoende luchtcir-
culatie te worden gezorgd. De montage gebeurt met behulp
van 4 schroeven (Ø 6 mm) in de hoeken van de behuizing
(boorsjabloon in het verpakkingskarton). De bevestigings-
gaten zijn toegankelijk na het openen van het deksel.
All manuals and user guides at all-guides.com
5. Elektrische aansluiting
5.3 Installatie, bedrading
De pompkabels en de besturingsleiding hebben een stan-
daardlengte van 5 m. Een verlenging door de klant op maxi-
maal 20 m is mogelijk, dient echter met een verbinding vol-
gens de VDE-norm te gebeuren.
LET OP geldt voor drukmembraanschakelaars tot bou-
De kabel aan de drukniveauschakelaar is een speciale
wjaar 01/10)
kabel met een luchtslang in het mid¬den voor de druk-
compensatie voor de drukopnemer in de hefinstallatie
naar de atmosfeer. Hiervoor dient er absoluut op het vol-
gende te worden gelet:
– De kabel mag op een willekeurige plaats worden afge-
knipt maar echter in geen geval worden verlengd. Spe-
ciale lengtes hiervoor dienen direct bij KESSEL te wor-
den besteld.
– De kabel moet met gelijkmatig verval van het schakel-
toestel naar de hefinstallatie worden gelegd.
Te lange kabels mogen daarom niet opgewikkeld,
maarmoeten passend op maat worden geknipt.
– De bijbehorende schroefverbinding aan het schakel-
toestel mag met een maximaal aanhaalkoppel van 2,5
Nm worden aangehaald. Hogere aanhaalkoppels kun-
nen tot afknellen van de luchtslang leiden.
– Afwijkingen van deze aanwijzingen kunnen leiden
tot uitval van de functie van de drukopnemer en
daarmee van de complete installatie!
188