All manuals and user guides at all-guides.com
1. Veiligheidsinstructies
Gezondheidsgevaar
De afvalwaterinstallatie transpoteert fecaliënhoudend afvalwater, dat voor de gezondheid gevaarlijke stof-
fen kan bevatten. Bij alle werkzaamheden aan de installatie dient er op gelet te worden, dat er geen direct
contact tussen het afvalwater of daardoor verontreinigde installatiedelen en ogen, mond of huid plaatsvindt.
Bij een direct contact dient de betreffende plaats van het lichaam onmiddellijk grondig te worden gereinigd
en eventueel te worden ontsmet. Bovendien kan de atmosfeer in het reservoir onder omstandigheden voor
de gezondheid gevaarlijk werken. Voor het openen van de reinigingsopening (of afnemen van de pomp) moet
er daarom voor gezorgd worden, dat er voldoende luchtuitwisseling in het betreffende lokaal plaatsvindt of
dat er gedurende het penen een overeenkomstige (gedwongen) ventilatie gebeurt.
Geluidshinder
Gedurende de werking van de pomp moet men rekening houden met een geluidsontwikkeling, die naarge-
lang de inbouwsi¬tua¬tie storend kan werken. Voor zover er eisen aan de maximaal toegelaten geluidsterk-
te worden gesteld, dienen hiervoor door de klant eveneens overeenkomstige maatregelen te worden voor-
zien. Eventueel kan ook de KESSEL-set voor geluidsisolatie een voldoende oplossing bieden. Aan te beve-
len is daarvoor de
optionele geluidsisolerende mat (mono-installatie art.-nr: 28962; duo-installatie art.-nr. 28693).
Explosiegevaar
Het inwendige van het reservoir geldt volgens de norm EN 12050 als explosiegevaarlijke ruimte, omdat door
biologische rottingsprocessen brandbare gassen (zwavelwaterstof, methaangas) kunnen ontstaan. Bij het
afschroeven van de pomp of het reinigingsdeksel of andere delen dient er daarom voor gezorgd te worden,
dat er een voldoende luchtuitwisseling in het betreffend lokaal plaatsvindt of dat er gedurende het openen
een overeenkomstige (gedwongen) ventilatie gebeurt. Terwijl het reservoir geopend is mag er in het betref-
fende lokaal niet worden gerookt en mogen er ook geen andere werkzaamheden worden uitgevoerd, die tot
een gasontsteking zouden kunnen leiden (bv. werking van elektrische apparaten zonder geïsoleerde motor,
metaalbewerking, enz.).
179