Porsche Mobile Charger Plus Mode D'emploi page 270

Instellen
Statusweergave Betekenis
opnieuw tot stand
brengen van de
verbinding over te
slaan.
Daarna zoekt de la-
der een nieuw
PLC-netwerk.
Status 2
Knippert geel
De lader probeert een
verbinding tot stand
te brengen met het
nieuwe PLC-netwerk
(max. duur: 9 minuten).
Status 3
Pulseert wit
PLC-verbinding is tot
stand gebracht. Er
wordt verbinding ge-
maakt met de laatst
bekende energiemana-
ger.
e
Optioneel:
Houd de MULTI-
FUNCTIONELE
TOETS 3 seconden
ingedrukt om het
opnieuw tot stand
brengen van de
verbinding over te
slaan.
268
Statusweergave Betekenis
Status 4
Knippert wit
PLC-verbinding is tot
stand gebracht. Er
wordt een verbinding
tot stand gebracht met
een nieuwe energiema-
nager.
Status 5
Brandt groen
De energiemanager
heeft de verbinding tot
stand gebracht.
Status 6
Brandt rood
Er kon geen verbinding
tot stand worden ge-
bracht.
Verbindingskwaliteit van PLC-netwerk
waarborgen
Om een voldoende hoge datasnelheid voor de PLC-
communicatie te bereiken, moet u bij elektrische in-
stallaties de volgende maatregelen treffen:
e
Als er geen PLC-verbinding mogelijk is, moet u
de Porsche lader controleren bij een ander stop-
contact.
e
Houd de afstand tussen de verbruikers met PLC-
functie klein. U kunt als test een verbinding ma-
ken met het PLC-modem via een stopcontact
dicht bij het modem (bijvoorbeeld in de huiska-
mer). Als de verbinding hier wel lukt, maar later
in de garage niet, dan kan dat aan de te grote
afstand liggen. Volg de onderstaande instructie
over de fasenaansluiting.
e
Leg de VDSL-kabel op minimaal 10 cm afstand
van de elektraleidingen en de stopcontacten.
e
Laat PLC-verbindingen bij voorkeur via dezelfde
stroomfase lopen.
–
Als de lader via een éénfasige stekker is
aangesloten, moet u het externe PLC-mo-
dem bij een meerfasige huisaansluiting op
dezelfde fase als de lader aansluiten.
– Als de lader via een meerfasige stekker is
aangesloten, moet u het externe PLC-mo-
dem op fase L1 aansluiten.
e
Controleer of andere elektrische apparaten sto-
ringen veroorzaken. Koppel daarbij andere appa-
raten van het lichtnet en controleer daarna de
PLC-verbinding. Mogelijke storingsbronnen zijn
bijvoorbeeld ingeschakelde dimmers, halogeen-
systemen, koel- en vrieskasten, omvormers, dro-
gers, wasmachines en elektrische pompen.
Lader met een PLC-netwerk verbinden
Als er verbinding wordt gemaakt, worden lader en
PLC-modem, of bij een directe PLC-communicatie,
de lader en de energiemanager automatisch gekop-
peld.
b Lader is klaar voor gebruik.
e
Activeer op de lader de laadstatus van de ener-
giemanager. Druk daarvoor de toets LAAD-
STATUS 3 seconden in om de laadstatus te
wisselen. Herhaal dit proces zo nodig om naar
de gewenste laadstatus te gaan. De lader pro-
beert automatisch verbinding te maken met het
PLC-netwerk.