Over de gebruiksaanw zing
Verklaring van de pictogrammen
Afhankelijk van het land kunnen er verschillende pic-
togrammen op de lader staan.
De lader kan binnen een temperatuurbereik
van -30 °C tot +50 °C worden gebruikt.
De lader kan tot een hoogte van max. 5.000
m boven NAP worden gebruikt.
De lader is voorzien van een niet-gescha-
kelde aardingsdraad.
De lader is voorzien van een geschakelde
aardingsdraad.
Voer de lader volgens alle geldende voor-
schriften af.
Gebruik geen verlengkabels of kabelhaspels.
Gebruik geen (reis)adapters.
Gebruik geen stekkerdozen.
Gebruik geen lader met beschadigde elek-
tronica of aansluitkabels.
Gevaar van elektrische schokken
door onjuist gebruik.
Neem het bijbehorende instructie-
boekje in acht, met name de waar-
schuwingen en veiligheidsadviezen.
Het oppervlak van de lader
kan zeer heet worden.
Gebruik de lader niet met niet-geaarde
stroomnetten (bijv. IT-netten). Gebruik de
lader uitsluitend met geaarde lichtnetten.
Kenmerkt de Type 1 stekker met een span-
ningsbereik ≤250VAC.
Kenmerkt de Type 2 stekker met een span-
ningsbereik ≤480VAC.
Nadere informatie
Meer informatie over de oplader en de webtoepassing
is beschikbaar in het gedeelte "E-Performance" onder
https://www.porsche.com.
Over de gebruiksaanwijzing
Veiligheid
Veiligheidsadviezen
Elektrische schok, kort-
GEVAAR
sluiting, brand, explosie,
vuur
Als er een beschadigde of defecte lader wordt ge-
bruikt, of een beschadigde of defecte contactdoos,
als de lader op niet-beoogde wijze wordt gebruikt
of als de veiligheidsadviezen niet worden opgevolgd,
kan dit tot elektrische schokken, kortsluiting, explo-
sies, brand of brandwonden leiden.
e
Gebruik alleen door Porsche goedgekeurde en
uitgegeven accessoires, zoals net- en voertuig-
kabels.
e
Gebruik geen beschadigde en/of bevuilde lader.
Controleer de kabels, stekers en stopcontacten
voor gebruik op beschadiging en vervuiling.
e
Sluit de lader uitsluitend op een vakkundig geïn-
stalleerd en onbeschadigd stopcontact aan en op
volledig defectvrije elektrische installaties.
e
Gebruik geen verlengsnoeren, kabelhaspels,
stekkerdozen en (reis)adapters.
e
Koppel de lader tijdens een onweersbui los van
het lichtnet.
e
Voer geen wijzigingen of reparaties aan de elek-
trische onderdelen uit.
e
Laat storingen en reparaties aan de lader door
hiertoe opgeleide personen verhelpen en repare-
ren.
251