Nederlands
1
Bij dikke stammen:
nagetrokken waaiersnede
Als de stamdiameter groter is dan de
zaaglengte van de motorzaag:
nagetrokken waaiersnede –
meersectorensnede.
De kam als draaipunt gebruiken – de
motorzaag zo min mogelijk verplaatsen.
1 = eerste zaagsnede:
De zaagbladneus gaat achter de
breuklijst in het hout – de motorzaag
beslist horizontaal houden en de
motorzaag zo ver mogelijk draaien.
130
2
4
Bij het verplaatsen van de motorzaag
voor de
2 = volgende zaagsnede:
Het zaagblad moet geheel in de
zaagsnede blijven, om een
ongelijkmatige velsnede te
voorkomen – de kam weer tegen de
stam plaatsen enz.
3 = wig aanbrengen
4 = laatste zaagsnede:
De motorzaag zoals bij de enkele
waaiersnede tegen het hout
aanbrengen –
De breuklijst niet inzagen!
MS 210, MS 210 C, MS 230, MS 230 C, MS 250, MS 250 C
Insteken
Het „steken", alleen toepassen indien u
met de techniek hiervan vertrouwd bent
–
Een terugslagarme zaagketting
gebruiken en bijzonder voorzichtig
te werk gaan
–
Bij de hartsteek
–
Bij het vellen van overhangende
bomen
–
Als ontlastingssnede tijdens het
inkorten
–
Bij knutselwerkzaamheden
4 = het zaagblad met de onderzijde van
de neus tegen de stam plaatsen –
niet met de bovenzijde – kans op
terugslag! Zo ver inzagen, dat de
zaagsnede tweemaal zo diep is als
de breedte van het zaagblad
5 = zaagblad langzaam in de
insteekstand zwenken. Attentie –
kans op terugslag of terugstoten!
6 = voorzichtig in de stam steken –
kans op terugstoten!