Table des Matières
Publicité
NL
NL
NL
NL
NL
Derde stand (afb. 47)
Derde stand (afb. 47)
Derde stand (afb. 47)
Derde stand (afb. 47)
Derde stand (afb. 47)
a.
Bij de derde stand kan een
maximumhoogte van 79 mm worden
ingesteld.
b.
Draai de voorste borgmoer (A) los.
c.
Trek de maaieenheid omhoog totdat de
onderkant van de lange sleuf (B) tegen de
borgbout (C) rust.
d.
Draai de borgmoer (A) weer goed vast.
e.
Zet de voorrol omhoog of verwijder de rol.
SPORT-MAAIEENHEID (vast) (afb. 48)
SPORT-MAAIEENHEID (vast) (afb. 48)
SPORT-MAAIEENHEID (vast) (afb. 48)
SPORT-MAAIEENHEID (vast) (afb. 48)
SPORT-MAAIEENHEID (vast) (afb. 48)
De maaihoogte is verstelbaar tussen 13 mm en 65
mm, als volgt:
1.
draai de stelmoer (A) met de klok mee (-)
om de maaihoogte te verkleinen of tegen de
klok in (+) om de maaihoogte te vergroten;
2.
zorg ervoor dat beide stelmoeren op alle
maaieenheden in gelijke mate worden
versteld. Om dit te kunnen controleren zijn
op de binnenstiften van de stelmoeren om
de 6 mm groeven aangebracht;
3.
draai niet aan de twee schroeven (B). Deze
schroeven verankeren namelijk de achterrol
in de gewenste stand voor de
voorgespannen veerring (C). Als deze
schroeven moeten worden bijgesteld, draai
de schroeven dan volledig vast om de
veerring (C) in te drukken en draai de
schroeven vervolgens een kwartslag (90°)
terug.
OPMERKING: de glijslof (D) is niet verstelbaar.
SNIJCILINDER TEN OPZICHTE VAN ONDERMES
SNIJCILINDER TEN OPZICHTE VAN ONDERMES
SNIJCILINDER TEN OPZICHTE VAN ONDERMES
SNIJCILINDER TEN OPZICHTE VAN ONDERMES
SNIJCILINDER TEN OPZICHTE VAN ONDERMES
(afb. 48)
(afb. 48)
(afb. 48)
(afb. 48)
(afb. 48)
Controleer als volgt of de snijcilinder goed is
afgesteld op het ondermes:
Achter- (midden-) eenheid (nr. 1)
Achter- (midden-) eenheid (nr. 1)
Achter- (midden-) eenheid (nr. 1)
Achter- (midden-) eenheid (nr. 1)
Achter- (midden-) eenheid (nr. 1)
1.
draai de borgmoeren en -bouten (F) aan
beide zijden van de maaieenheid losser en
verstel de stelmoeren (E) zodanig dat de
cilinder iets omhoog wordt getild en vrij kan
ronddraaien;
2.
laat de cilinder op het ondermes zakken aan
één uiteinde van de maaieenheid, totdat het
mes van de cilinder precies op het
ondermes rust. Stel de cilinder dan iets bij
totdat de messen elkaar net niet raken;
3.
herhaal deze afstelling voor het andere
uiteinde van de maaieenheid, totdat de
cilinder precies op het ondermes rust;
4.
stel vervolgens het eerste uiteinde van de
cilinder opnieuw iets bij, zodat ook dit
uiteinde precies op het ondermes rust;
5.
draai de borgmoeren en -bouten (F) van het
cilinderhuis weer goed vast.
Configuration de la tête fixe (fig.48)
Configuration de la tête fixe (fig.48)
Configuration de la tête fixe (fig.48)
Configuration de la tête fixe (fig.48)
Configuration de la tête fixe (fig.48)
Cette hauteur est réglable entre 13mm et 65mm.
Configuration tête fixed:
1.
Tournez les ajusteurs (A) dans le sens des
aiguilles d'une montre (-) pour diminuer la
hauteur de coupe, ou dans le sens inverse
des aiguilles d'une montre (+) pour augmenter
la hauteur de coupe.
2.
Assurez-vous qu'un réglage égal soit effectué
aux deux ajusteurs sur toutes les unités de
coupe. Pour faciliter l'obtention de réglages
égaux les manchons intérieurs de la monture
du rouleau sont rainurés à 6mm d'intervalles.
3.
Aucun autre réglage n'est nécessaire.
4.
Les deux vis (B) dans le support latéral ne
doivent pas être modifiées car elles
maintiennent le rouleau arrière dans la
position voulue grâce aux ressorts à disque
(C)
pré-tendus. Si un réglage est nécessaire, les
vis doivent être serrées pour compresser
totalment le ressort à disque (C) et puis le
relâcher d' 1/4 de tour (90°).
NOTE:
Le patin (D) à l'avant n'est pas réglable.
CYLINDRE DE COUPE ET LAME INFERIEURE
CYLINDRE DE COUPE ET LAME INFERIEURE
CYLINDRE DE COUPE ET LAME INFERIEURE
CYLINDRE DE COUPE ET LAME INFERIEURE
CYLINDRE DE COUPE ET LAME INFERIEURE
(fig.48)
(fig.48)
(fig.48)
(fig.48)
(fig.48)
Pour vérifier que le cylindre de coupe soit réglé
correctement par rapport à la lame inféerieure:
Unité centrale (No.1)
1.
Relâchez les écrous de serrage du cylindre de
coupe et les boulons (F) de chaque côté de
l'unité et réglez les vis (E) pour dégager
légèrement le cylindre de la coupe afin qu'il
puisse tourner librement.
2.
Réglez le cylindre par rapport à la lame
inférieure à une extrémité de l'unité jusqui' à
ce que la lame du cylindre soit légèrement en
contact avec la lame inférieure. Repoussez
légèrement le réglage jusqu'à ce que le
cylindre soit juste dégagé de la lame
inférieure.
3.
Répétez le réglage à l'autre extrémité de
l'unité jusqu'à ce que le cylindre soit en
contact avec la lame inférieure.
4.
Finalement la première extrémité du cylindre
devrait être réglée à nouveau afin qu'elle soit
juste en contact avec la lame inférieure.
5.
Resserrez fermement les boulons et écrous
(F) de serrage du logement du roulement du
cylindre.
NOTE:
Avec cette méthode ci-dessus, devrait être
possible de pouvoir faire tourner le cylindre
librement au cours de toutes les phases du réglage.
Unités latérales (No.2 et 3)
Unités latérales (No.2 et 3)
Unités latérales (No.2 et 3)
Unités latérales (No.2 et 3)
Unités latérales (No.2 et 3)
1.
Maintenez un fin morceau de papier entre le
bord de la lame inférieure et le couteau en
spirale et faites tourner le cylindre à la main.
F F F F F
61
Publicité
Table des Matières
