Door vanuit het menu op de MODE-toets te drukken verschijnen achtereenvolgens de volgende grootheden.
FF: Weergave van de foutengeschiedenis
Chronologische weergave van de storingen die zijn opgetreden tijdens de werking van het systeem.
Voor elke fout wordt het volgende weergegeven:
Een symbool voor het betreffende gebied: het paneel, pomp P1 of pomp P2.
•
Het type fout of alarm, samengevat in een afkorting. Zie tabel 19).
•
Het aantal keren dat de fout zich heeft voorgedaan.
•
Een tekst die de fout of het alarm beschrijft.
•
Het tijdstip waarop het paneel is ingeschakeld of de pomp in werking was en waarop de fout zich heeft voorgedaan.
•
Het rangnummer van de fout in de geschiedenis en het aantal opgeslagen fouten.
De storingen worden in chronologische volgorde weergegeven, te beginnen met de oudste. De laatst opgetreden storing wordt als eerste
weergegeven. Er kunnen maximaal 64 storingen worden weergegeven; als er een groter aantal fouten wordt bereikt, worden de oudste storingen
overschreven.
CT: Schermcontrast
Regelt het contrast van het display.
LA: Taal
Verandert de weergavetaal van het display. Let erop dat de Kiwa-modus alleen aanwezig is als de taal is ingesteld op Nederlands, Frans of Engels
(VK en VS).
Opmerking: Als de taal VS wordt geselecteerd, gebruikt de E.Box de Engelse taal met het Angelsaksische matenstelsel.
HS: Bedrijfsuren van het systeem
Geeft het aantal uren aan gedurende welke het systeem ingeschakeld was.
H1: Bedrijfsuren van de pomp P1
Geeft het aantal uren aan gedurende welke de pomp P1 ingeschakeld was.
H2: Bedrijfsuren van de pomp P2
Geeft het aantal uren aan gedurende welke de pomp P2 ingeschakeld was.
9.4.3 MENU SETPOINT
Houd vanuit het hoofdmenu de toetsen "MODE" en "SET" tegelijkertijd ingedrukt totdat "MENU SETPOINT" op het display verschijnt (of gebruik
het selectiemenu door op "+" of "-" te drukken). In dit menu hangen de weergegeven parameters af van het type toepassing.
SP: Instelling van de setpoint-druk(alleen bij drukopbouw of KIWA drukopbouw met druksensor)
Druksetpoint waarop de E.Box de druk van de installatie handhaaft. Kan variëren van 1 bar (14 psi) tot de volle schaalomvang van de sensor
minus 2 bar (28 psi).
RP: Instelling van het drukverschil (alleen bij drukopbouw en KIWA drukopbouw met druksensor)
Drukverschil waarop het E.Box-paneel de druk in de installatie handhaaft. Zie het hoofdstuk over drukopbouw.
Kan variëren van 5% tot 95% van SP. Bovendien mag SP + RP niet groter zijn dan de schaalomvang van de sensor. Zie het hoofdstuk over
drukopbouw.
HC: Startniveau pomp P2 (alleen bij ontwatering of vullen met dieptesensor)
Startniveau van de pomp P2.
HB: Startniveau pomp P1 (alleen bij ontwatering of vullen met dieptesensor)
Startniveau van de pomp P1.
HA: Stopniveau van de pompen (alleen bij ontwatering of vullen met dieptesensor)
Stopniveau van de pompen P1 en P2.
9.4.4 MENU INSTALLATEUR
Houd vanuit het hoofdmenu de toetsen "MODE" en "SET" tegelijkertijd ingedrukt totdat "MENU INSTALLATEUR" op het display verschijnt (of
gebruik het selectiemenu door op "+" of "-" te drukken). Met het menu kunnen diverse configuratieparameters worden weergegeven en gewijzigd:
NEDERLANDS
Afbeelding 59: Fouten in het geheugen
280