9
Enveloppe met:
- de verschillende gebruikershandleidin-
gen en de documenten,
- schroeven voor montage van de stoel
- kit voor montage van de zijdelingse
aflaatdeflector (enkel voor modellen met
zijdelingse aflaat)
- de schroeven en moeren voor de aan-
sluiting van de accukabels
- 2 contactsleutels
- 1 reservezekering van 10 A
10
Kit Melching (enkel voor modellen met
zijdelingse aflaat) (indien voorzien).
4.1.1 Uitpakken
1. Open de verpakking voorzichtig, let
erop geen onderdelen te verliezen.
2. Raadpleeg de documentatie in de doos,
inclusief deze gebruiksaanwijzingen.
3. Haal alle onderdelen die niet
gemonteerd zijn uit de doos.
4. Haal de machine uit de verpakking, met
de volgende voorzorgsmaatregelen:
– breng de snijgroep op de maximale
hoogte (par. 5.14) om deze niet te
beschadigen wanneer de machine
van het basispallet gehaald wordt;
– Haal de machine van het basispallet.
5. Plaats de hendel voor de ontgrendeling
van de achterste transmissie in de
ontgrendelde positie (par. 5.4).
4.2 MONTAGE VAN HET STUURWIEL
• Stuur type "I"
1. Plaats de machine op een vlakke
ondergrond en zorg er voor dat
de voorwielen uitgelijnd zijn.
2. Gebruik een schroevendraaier om
de centrale bedekking (afb. 3.B) van
het stuur (afb. 3.A) te verwijderen.
3. Plaats het stuur (afb. 3.A) op de uitstekende
as (afb. 3.C), draai het zodanig dat de spaken
naar de stoel zijn gericht en duw er op tot
de naaf van het stuur wordt geklemd op de
uitstekende uiteinden van de stift (afb. 3.D).
4. Bevestig het stuur met behulp van
de bijgeleverde schroef (afb. 3.E) en
sluitringen (afb. 3.F) en (afb. 3.G),
in de aangeduide volgorde.
5. Draai de schroef (afb. 3.E) helemaal
vast met behulp van een pijpsleutel.
6. Breng de bedekking van het stuur
aan (afb. 3.B) door de haken in de
respectievelijke zittingen te klemmen.
• Stuur type "II"
1. Plaats de machine op een vlakke
ondergrond en zorg er voor dat
de voorwielen uitgelijnd zijn.
2. Gebruik een schroevendraaier om de
centrale bedekking (afb. 3.I) van het
stuur (afb. 3.H) te verwijderen.
3. Plaats de machine op een vlakke
ondergrond en zorg er voor dat
de voorwielen uitgelijnd zijn.
4. Plaats het stuur (afb. 3.H) op de uitstekende
as (afb. 3.J), draai het zodanig dat de spaken
naar de stoel zijn gericht en duw er op tot
de naaf van het stuur wordt geklemd op de
uitstekende uiteinden van de stift (afb. 3.K).
5. Bevestig het stuur met behulp van de
bijgeleverde schroef (afb. 3.L) en veerring
(afb. 3.M), in de aangeduide volgorde.
6. Draai de schroef (afb. 3.L) helemaal
vast met behulp van een pijpsleutel.
7. Breng de bedekking van het stuur aan
(afb. 3.I) door het vast te klikken.
4.3 MONTAGE VAN DE STOEL
Trek de hendel voor de regeling (afb. 4.C)
naar boven en plaats de stoel (afb. 4.A) in de
geleider (afb. 4.B) vanaf de zijde van het stuur,
tot het in een van de zes posities wordt geklikt.
Nu is de stoel stabiel gemonteerd, en kan hij
niet meer verwijderd worden als de hendel (afb.
4.D) niet wordt ingedrukt die hem vergrendelt.
4.4 ACCU MONTEREN EN AANSLUITEN
De accu (afb. 5.A) bevindt zich onder de
stoel, en zit vast met een veer (afb. 5.B).
1. Sluit eerst de rode draad (afb. 5.C) aan op de
positieve klem (+) en da de zwarte draad (afb.
5.D) op de negatieve klem (–) met behulp van
de bijgeleverde schroeven, zoals aangeduid.
2. Monteer de veer (afb. 5.B) om de accu te
bevestigen, maar let op dat de accukabels
correct worden gepositioneerd zodat ze niet
worden geklemd door de veer (afb. 5.B).
BELANGRIJK Zorg er altijd voor de
accu volledig op te laden en volg hierbij
de aanwijzingen die in het instructieboekje
van de accu staan aangegeven.
BELANGRIJK Om de ingreep van de
beveiliging van de elektronische kaart te
vermijden, mag de motor absoluut niet gestart
worden voordat de accu helemaal is opgeladen!
NL - 8