Probleem/mogelijke oorzaak
LCD-scherm: Lage ademhalingsfreq.!, Hoge ademhalingsfreq.!
Het niveau van de ademhalingsfrequentie is
lager of hoger dan het ingestelde
alarmniveau geworden.
LCD-scherm: Hoge lekkage!
Er is al langer dan 20 seconden een hoge
maskerlekkage.
LCD-scherm: Niet-gevent. masker!
•
Er is een niet-geventileerd masker
aangesloten.
•
De ventilatieopeningen van het masker
zijn mogelijk geblokkeerd.
•
De ResMed-lekklep ontbreekt of de
ventilatieopening is geblokkeerd.
LCD-scherm: Apneu!
Het apparaat detecteert een apneu die het
vooraf ingestelde alarmniveau heeft
overschreden.
LCD-scherm: Interne accu bijna leeg!
Het vermogen van de interne accu is minder
dan 30%.
LCD-scherm: SpO
De SpO
alarmniveau gedaald.
LCD-scherm: Storing SpO
De vingersensor is niet goed aangesloten of
geeft foute waarden.
LCD-scherm: XPOD -oxymeter niet aangesloten!
De pulsoxymeter is niet aangesloten.
LCD-scherm: Laag FiO
De FiO
alarmniveau gedaald.
LCD-scherm: Hoog FiO
De FiO
alarmniveau overschreden.
28
laag!
2
is tot onder het vooraf ingestelde
2
2
-niveau!
2
is tot onder het vooraf ingestelde
2
-niveau!
2
heeft het vooraf ingestelde
2
Handeling
Raadpleeg uw arts.
•
Stel het masker bij om de lekkage tot een
minimum te beperken (zie
"Maskerpasvorm gebruiken" op pagina
18).
•
Controleer of het luchtcircuit niet
beschadigd is en sluit het opnieuw aan.
•
Als het probleem aanhoudt, neem dan
contact op met uw arts.
•
Controleer of het masker
ventilatieopeningen heeft.
•
Controleer of de ventilatieopeningen van
het masker niet geblokkeerd zijn.
•
Zorg dat de ResMed-lekklep is geplaatst
en dat de ventilatieopening niet wordt
geblokkeerd.
•
Controleer of de zuurstof (indien gebruikt)
alleen aangesloten is op de achterzijde
van het apparaat.
•
Als het probleem aanhoudt, neem dan
contact op met uw arts.
•
U schakelt het alarm uit door normaal te
ademen.
•
Als het probleem aanhoudt, neem dan
contact op met uw arts.
Sluit het apparaat op netstroom aan.
•
Controleer de bevestiging van de sensor.
•
Als het probleem aanhoudt, neem dan
contact op met uw arts.
-vingersensor!
Controleer of de vingersensor goed op de
vinger bevestigd is en goed op de
pulsoxymeter aangesloten is.
Controleer of de pulsoxymeter goed op het
apparaat aangesloten is.
•
Kalibreer de FiO
•
Als het probleem aanhoudt, neem dan
contact op met uw arts.
•
Kalibreer de FiO
•
Als het probleem aanhoudt, neem dan
contact op met uw arts.
-sensor.
2
-sensor.
2