23 Gauge StableGrip™ Vertical Scissors - ET8315
nl
INSTRUCTIES VOOR OPNIEUW VERWERKEN
ALGEMENE OPMERKINGEN
De volgende instructies zijn goedgekeurd door Bausch + Lomb als zijnde JUIST ter voorbereiding op het hergebruik van een medisch
instrument. Het blijft de verantwoordelijkheid van de verwerker om ervoor te zorgen dat het gewenste resultaat wordt bereikt via het proces
dat wordt uitgevoerd met behulp van apparatuur, materialen en personeel van de instelling. Dit vereist validatie en routinematige controle van
het proces. Ook moet elke afwijking van de verstrekte instructies door de verwerker op de juiste wijze worden geëvalueerd op doeltreffendheid
en mogelijke negatieve gevolgen. Alle reinigings- en sterilisatieprocessen vereisen validatie op de plaats van gebruik. De doeltreffendheid
ervan hangt af van veel factoren en het is uitsluitend mogelijk om algemene richtlijnen te verstrekken voor de juiste reiniging en sterilisatie
van instrumenten.
De producten worden niet-steriel geleverd door Bausch + Lomb (tenzij anders vermeld) en mogen niet worden gebruikt zonder eerst te zijn
gereinigd, gedesinfecteerd en gesteriliseerd.
Deze instructies zijn alleen bedoeld voor gebruik door bevoegde personen met de nodige kennis en opleiding.
Apparaten voor het reinigen en desinfecteren moeten gekwalificeerd en gevalideerd worden om ervoor te zorgen dat ze geschikt zijn voor het
beoogde doel.
Het intraoculair instrumentsysteem is ontwikkeld voor oftalmologische ingrepen in het achtersegment. Het systeem (raadpleeg Afb.1) bestaat
uit een handgreep (A), een aantal punten met kleurcoderingen (B), een plastic beschermkapje (C) en een reinigingsadapter (D). De handgreep
is voorzien van een draaiknop (E) waarmee de punt gemakkelijk in de optimale richting kan worden gelegd. Het aandrijfmechanisme
vergrendelt de puntpositie bij het aandrijven van de punt.
OPMERKING: De punt is alleen bestemd voor gebruik met de ET8198H.
WAARSCHUWINGEN
• Dompel de instrumenten niet onder in oplossingen die chloor of chloriden bevatten, omdat deze corrosie en schade aan het instrument
kunnen veroorzaken.
• Verwerk micro-chirurgische instrumenten niet in een automatisch wasapparaat, tenzij er een cyclus voor kwetsbare items is voorzien.
• De snelsterilisatietechniek dient enkel te worden aangewend voor opnieuw verwerken in noodgevallen en mag niet worden gebruikt voor
de routinematige sterilisatie van het instrument. Items die zijn gesteriliseerd volgens snelsterilisatie moeten onmiddellijk worden gebruikt
en mogen niet worden bewaard voor later gebruik. Raadpleeg de actuele versie van ANSI/AAMI ST79 alsook het beleid van uw instelling
voor de beperkingen wat betreft het gebruik van snelsterilisatie.
• Lange, smalle gleuven en blinde openingen vereisen bijzondere aandacht tijdens het reinigen.
• Gebruik deze procedure niet voor diamanten messen.
VOORBEREIDING VAN HET GEBRUIK
1. Raadpleeg Afb. 2-Installatie van de punt. Controleer of het puntbeschermkapje op zijn plaats zit, houd de draaiknop stevig vast en
bevestig de punt goed aan handgreep door de punt met de klok mee op de handgreep te draaien.
2. Raadpleeg Afb. 3-Verwijderen/vervangen plastic puntbeschermkapje. Verwijder het puntbeschermkapje (A) door het kapje bij de
punt vast te pakken en het vanaf de punt omlaag te trekken in de richting van de handgreep.
Afb. 1
B
C
Afb. 2
Afb. 3
DEMONTAGE VAN HET INSTRUMENT
Houd de draaiknop stevig vast om het draaien van de handgreep te stoppen en draai de punt los door deze tegen de klok in te draaien.
Bescherm de punt daarbij tegen beschadiging.
BEPERKINGEN BIJ HET OPNIEUW VERWERKEN
Het opnieuw verwerken volgens onderstaande instructies zou de functionaliteit van de instrumenten niet moeten aantasten. De gebruiksduur
van het instrument wordt bepaald door slijtage en schade tijdens gebruik.
A
D
E
A
INSTRUCTIES
Plaats van gebruik
• Na gebruik moet overtollig vuil van het instrument zo snel mogelijk verwijderd worden met een stoffen/papieren wegwerpdoek.
• Het instrument moet vochtig blijven zodat er geen vuil kan opdrogen op het instrument.
WAARSCHUWING:
Dompel de instrumenten niet onder in oplossingen die chloor of chloriden bevatten, omdat deze corrosie en schade aan
het instrument kunnen veroorzaken.
Bewaren en transport
• De instrumenten moeten zo snel mogelijk opnieuw worden verwerkt.
• De instrumenten moeten in een geschikte houder worden geplaatst om het personeel te beschermen tegen besmetting tijdens transport
naar de ontsmettingszone.
Voorbereiding voor ontsmetting en reiniging
De universele voorzorgsmaatregelen moeten worden gevolgd, met inbegrip van het gebruik van de aangewezen persoonlijke
beschermingsuitrusting (handschoenen, gezichtsscherm, schort, etc.) overeenkomstig het beleid van uw instelling.
Automatische reiniging en thermische desinfectie
WAARSCHUWING:
Verwerk micro-chirurgische instrumenten niet in een automatisch wasapparaat, tenzij er een cyclus voor kwetsbare
items is voorzien.
1. Volg de aanwijzingen van de fabrikant van het wasapparaat.
2. Gebruik uitsluitend pH-neutrale reinigingsmiddelen.
3. Als het instrument ernstig vervuild is, is handmatige reiniging vooraf met een pH-neutraal reinigingsmiddel aangewezen.
4. Zorg dat instrumenten met scharnieren geopend zijn en dat instrumenten met lumina goed kunnen uitdruipen. Als het wasapparaat
voorzieningen heeft voor lumenadapters moeten deze worden toegepast voor instrumenten met lumina.
5. Plaats de instrumenten in geschikte houders zodat ze niet onderhevig zijn aan extreme bewegingen of contact met andere instrumenten.
6. Verwerk de instrumenten overeenkomstig de voorwaarden die hieronder worden aangegeven. De reinigingstijden en condities
kunnen worden aangepast op basis van de mate van vervuiling van het instrument. De onderstaande condities zijn gevalideerd met
gebruikmaking van een pH-neutraal reinigingsmiddel (Getinge Neutrawash) en een hoge mate van organische vervuiling (Biomedical
Instrumentation and Technology 2007;41(4):324-331).
Fase
Voorwassen
Wassen
1
Wassen
1
Spoelen
Laatste spoeling
50 minuten op 80 °C (176 °F) of 10 minuten op
met heet water
90 °C (194 °F)
Op basis van visuele controle – niet hoger dan op
Drogen
110 °C (230 °F)
1
Reinigingsmiddel met neutraal pH: pas de concentratie aan op basis van de richtlijnen van de fabrikant in relatie tot de
waterkwaliteit en de vervuiling van het instrument.
Minimale blootstellingsvoorwaarden voor thermische desinfectie.
2
Omdat reiniging vaak plaatsvindt met een gemengde lading instrumenten, zal het droogeffect verschillen afhankelijk van het
3
gebruikte apparaat en de aard en het volume van de te verwerken lading. Om die reden moeten de droogparameters worden
gekozen op basis van observatie.
7. Controleer na de verwerking nauwgezet of het instrument schoon is, of er tekenen van beschadiging zijn en of het instrument goed
werkt. Als er nog zichtbare resten vuil op het instrument zijn na de verwerking, moet het opnieuw verwerkt worden of handmatig
worden schoongemaakt.
Handmatige reiniging
1. Demonteer het instrument zoals aangegeven en controleer of er schade of corrosie is.
2. Spoel het instrument vooraf door het minstens 30 seconden onder koud water te houden, en draai het rond zodat alle oppervlakten en
holtes gespoeld worden met water. Het is misschien nodig om nog extra te spoelen, afhankelijk van hoe vuil het instrument is.
3. Plaats het instrument in een geschikte schone bak die is gevuld met een zojuist bereid reinigingsmiddel met neutrale pH volgens
de instructies van de fabrikant van de oplossing. Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen die gebruikt mogen worden voor medische
apparaten of chirurgische instrumenten. Zorg dat het instrument volledig is ondergedompeld in het reinigingsmiddel. De onderstaande
condities zijn gevalideerd met gebruikmaking van een pH-neutraal reinigingsmiddel (Steris ProKlenz NpH) en een hoge mate van
organische vervuiling (Biomedical Instrumentation and Technology 2007;41(4):324-331).
4. Borstel alle oppervlakten van het instrument met een zachte reinigingsborstel en houd daarbij het instrument minstens 5 minuten
ondergedompeld in het reinigingsmiddel. Reinig het instrument tot al het zichtbare vuil is verwijderd.
5. Spoel het instrument door het minstens 30 seconden onder koud stromend water te houden, en draai het rond zodat alle oppervlakten en
holtes gespoeld worden met water. Het is misschien nodig om nog extra te spoelen, afhankelijk van de grootte van het instrument en de
hoeveelheid vuil.
6. Plaats het instrument in een ultrasoonbad dat is gevuld met een zojuist bereid reinigingsmiddel met neutrale pH en pas 5 minuten
een ultrasoonbehandeling toe. Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen die gebruikt mogen worden voor medische apparaten of
chirurgische instrumenten. Zorg dat het instrument volledig is ondergedompeld in het reinigingsmiddel. Voorkom dat het ultrasoonbad
te vol raakt en zorg ervoor dat instrumenten elkaar niet raken tijdens het reinigen. Verwerk geen ongelijke metalen tijdens dezelfde
ultrasone reinigingscyclus.
7. Het reinigingsmiddel moet worden ververst voordat het zichtbaar vuil is. Het ultrasoonbad moet elke dag dat het gebruikt wordt worden
uitgespoeld en gereinigd, of vaker als het zichtbaar vuil is. Volg de instructies van de fabrikant voor het reinigen en uitspoelen van
het ultrasoonbad.
8. Herhaal indien nodig stap 4-6 als het instrument nog zichtbaar vuil is.
9. Spoel het instrument door het minstens 30 seconden onder warm stromend water (27 ° tot 44 °C/80 ° tot 111 °F) te houden, en draai
het rond zodat alle oppervlakten en holtes gespoeld worden met water. Extra spoelen kan nodig zijn, afhankelijk van de grootte van
het instrument.
10. De lumina moeten als volgt worden doorgespoeld met behulp van een spuit met 50 cc warm gedestilleerd of gedeïoniseerd water en
een afsluitkraan:
a. Plaats het uiteinde van de spuit in een bekerglas met warm (30 ° tot 40 °C/86 ° tot 104 °F) gedestilleerd of gedeïoniseerd water, en
vul de spuit tot aan de markering van 50 cc.
b. Raadpleeg Afb. 4.-Gebruik van de reinigingsadapter. Maak de reinigingsadapter (A) stevig op de Luer-connector van de
injectiespuit (B) vast, en schroef de punt van het instrument (C) op de reinigingsadapter.
c. Sluit het uiteinde van de spuit aan op de middelste aansluiting van de afsluitkraan.
d. Draai de hendel van de afsluitkraan naar de mannelijke (irrigatie) of vrouwelijke (aspiratie) Luer-koppeling, zodat de vloeistof door
de juiste Luer-opening kan stromen.
e. Sluit de afsluitkraan aan op de juiste Luer-connector op het instrument.
f.
Druk op de plunjer van de spuit, zodat de vloeistof door het lumen in een ander bekerglas stroomt. Hierna kan de vloeistof
volgens de voorschriften worden afgevoerd. Zuig de spoelvloeistof niet terug door het lumen. Koppel de spuit los. Ontkoppel de
spuit/afsluitkraan van het instrument.
g. Herhaal stap a t/m f ten minste drie keer voor elk lumen.
h. Vul de spuit met 50 cc lucht, bevestig de afsluitkraan opnieuw en druk de plunjer in om de lucht door het lumen te persen.
Ontkoppel de spuit/afsluitkraan van het instrument.
Duur
Temperatuur
3 minuten
30 °C (86 °F)
10 minuten
40 °C (104 °F)
10 minuten
30 °C (86 °F)
3 minuten
30 °C (86 °F)
²
³