Effets Spéciaux Numériques En Mode Caméscope; Dse (Digitaal Speciaal Effect) In Camera Stand - Samsung VP-M50 Mode D'emploi

FRANÇAIS
Perfectionnez vos enregistrements
Effets spéciaux numériques en mode Caméscope.
Les effets numériques spéciaux disponibles (DSE) vous permettent de
donner un caractère original à vos films en ajoutant différents effets spéci-
aux.
Sélectionnez l'effet souhaité selon le type de scène et le résultat à obtenir.
12 modes DSE sont disponibles:
1. Image normale.
2. MAKE-UP (cosmétique): ce mode permet de
sélectionner l'image uniquement en rouge,
jaune, vert ou bleu.
3. EMBOSS (relief): ce mode donne aux images un
effet 3D.
4. WIDE (16:9): ce mode permet la restitution de
l'image sur un grand écran (type 16:9ème).
5. CINEMA: ce mode ajoute des bandes noires en
haut et en bas de l'image pour donner l'effet d'une
image de film.
6. NEG. (Négatif): ce mode permet de filmer en
prenant le reflet de la couleur de l'image.
7. MIRROR (miroir): ce mode coupe l'image en deux
en utilisant l'effet miroir.
8. MOSAIC (mosaïque): ce mode pixellise les images.
9. B/W (Noir et blanc): ce mode permet d'obtenir une
image monochrome (noir et blanc).
10. SEPIA: ce mode donne aux images un effet sépia.
11. GHOST (reflet): ce mode donne du reflet à l'image
(VP-M53/M54).
12. STROBE: effet stroboscopique.
13. LSS (faible vitesse obturateur, VP-M53/M54)
Pour filmer avec plus de luminosité dans une
zone sombre.
Plusieurs vitesses d'obturateur sont disponibles:
1/25(1), 1/12(2) et 1/6(3).
Il est préférable d'utiliser le réglage MF (Exposition
manuelle) si la fonction AF (Exposition automa-
tique) est lente en mode LSS.
Remarque: les fonctions DIS, PIP et SNAP SHOT ne sont pas disponibles en
mode DSE.
36
Geavanceerde opnamefuncties
DSE-Digitaal Speciaal Effect in de CAMERA stand
Met de DSE functie kunt u uw opnamen op een creatieve manier
bewerken door er diverse speciale effecten aan toe te voegen.
Kies een geschikt digitaal effect voor het beeldtype dat u op wilt
nemen en het effect dat u wilt bereiken.
Er zijn 12 DSE effecten.
1 2
4
3
5
6
8
7
10
9
11 12
Opmerking: De DIS-, PIP- en SNAP SHOT functie werken in de DSE
1. Normaal beeld.
2. MAKE-UP: Hierdoor wordt het beeld alleen in
rode, gele, groene of blauwe kleuren
weergegeven.
3. EMBOSS: Hierdoor krijgt u 3D effecten in uw beeld.
4. WIDE (16:9): Hierdoor krijgt u een breedbeeldef-
fect zoals op een moderne TV.
5. CINEMA: Hierdoor wordt het onderste en bovenste
gedeelte van het beeld bedekt, wat een bioscoop-
effect geeft.
6. NEG. (negatief): Hierdoor worden de kleuren van
het opgenomen beeld omgekeerd.
7. MIRROR: Hierdoor wordt het beeld in tweeën
gesneden en krijgt u een spiegeleffect.
8. MOSAIC: Hierdoor krijgt u een schaakbordeffect.
9. B/W (Black & White): Hierdoor krijgt u een
zwart-witbeeld.
10. SEPIA: Hierdoor krijgt het beeld een sepiaeffect.
11. GHOST: Hierdoor krijgt u een spookbeeldeffect.
(Alleen VP-M53/M54)
12. STROBE: Hierdoor krijgt u een flitseffect in het
beeld. In het STROBE effect kunt u kiezen tussen
25 (1) beelden, 12 (2) beelden en 6 (3) beelden.
Ter vergelijking: Een normale opname bevat 50
deelbeelden per seconde. (Alleen VP-M53/M54)
13. LSS (lange sluitertijd, alleen VP-M53/M54) (LSS)
Om een helderder beeld te krijgen in een
donkere omgeving.
De sluitertijd kan worden ingesteld op 1/25 (1),
1/12 (2) en 1/6 seconde (3).
Wanneer u LSS gebruikt, werkt AF (Auto
Focus) soms langzamer. In dit geval moet u
MF( Manual Focus) gebruiken.
stand niet.
NEDERLANDS