De Lamellen Aanpassen; De Luchtstroomrichting Instellen - Mitsubishi Heavy Industries FDT Manuel De L'utilisateur

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 18

DE LAMELLEN AANPASSEN

(IN HET GEVAL VAN FDT/FDTC, FDE)
AANPASSEN MET BEHULP VAN DE LAMELLENTOETS (binnenapparatuur met automatische kantelfunctie)
Druk eenmaal op de
LOUVER-toets om de huidige status van de lamellen weer te geven.
Druk hierop
Bij het verplaatsen van de lamellen
1.
Druk op de
LOUVER-toets. Het display verandert naar
"
".
Druk hierop
De functie van de lamellen wordt
weergegeven terwijl de verwarming
wordt voorbereid en het verwarnen/
ontdooien
horizontale positie
"
" of "Heating/Defrost" wordt
weergegeven en de positie van de lamellen wordt automatisch aangepast
naar horizontaal.
Als de "The heating preparation" of "Heating/Defrost" is voltooid, keert de
positie van de lamellen terug naar de ingestelde waarde.
LET OP
• Verplaats de lamellen niet handmatig aangezien dit ze zou kunnen beschadigen.
• Blaas niet gedurende een lange tijd in neerwaartse richting tijdens het koelen, aangezien water zou kunnen gaan condenseren op het zijpaneel.
geval van FDE)
DE LAMELLEN AANPASSEN
AANPASSEN MET BEHULP VAN DE LAMELLENTOETS (binnenapparatuur met automatische kantelfunctie)
Druk eenmaal op de
LOUVER-toets om de huidige status van de lamellen weer te geven.
Druk hierop
< BEDRADE AFSTANDSBEDIENING >
Displayinhoud tijdens het
automatisch kantelen
Displayinhoud terwijl de
positie van de lamellen
vaststaat
Als de positie van de lamellen vast staat
1.
Druk eenmaal op de
LOUVER-toets terwijl de
lamellen aan het kantelen zijn. Er worden vervolgens 4
stopposities op volgorde weergegeven na intervallen van
één seconde.
" ↔ "
" ↔
"
" ↔ "
"
"
2.
Druk eenmaal op de
LOUVER-toets als de lamellen
de gewenste positie hebben bereikt.
Het display verandert naar de stopstand waarna de positie van de
lamellen wordt vastgelegd.
Aangeraden lamellenpositie
COOL•DRY
HEAT
(In het
(IN HET GEVAL VAN FDF CONTROLE)
Displayinhoud tijdens het
automatisch kantelen
Display terwijl de
positie van de lamellen
vaststaat

DE LUCHTSTROOMRICHTING INSTELLEN

(IN HET GEVAL VAN FDT/FDTC, FDE) <BEDRADE AFSTANDSBEDIENING>
Het bewegingsbereik van de lamellen van de luchtuitvoer kan worden aangepast. Als de boven- en ondergrenzen in deze modus zijn ingesteld, zullen de
lamellen zich binnen het aangegeven bereik bewegen.
In het geval van het op het plafond gemonteerde type FDT u FDTC, is het individueel instellen van iedere lamel mogelijk.
10
2•4•6•8
1
3•5•7•9
No. 2
OPMERKING
No. 1
No. 3
In het geval van het FDT type u FDTC,
No. 4
als het gewenste lamellennummer
onbekend is, kunt u een tijdelijke,
Pijpzijde
Afvoerslangzijde
willekeurige ondergrens aangeven
Lamellennumer
waardoor kan worden bepaald welke
[voor FDT]
lamellen zijn veranderd, aan de hand
van de positieverandering. Na de positie
No.2
te hebben gecontroleerd kunt u opnieuw
het gewenste nummer selecteren.
No.1
No.3
Selecteer het lamellennummer 1 In het
No.4
geval van het FDE type. De overige
Bedieningsbox
instellingen hebben geen effect.
Afvoerslangzijde
Pijpzijde
Lamellennumer
[voor FDTC]
(horizontaal)
(neerwaarts)
de lamellenpositie
1
Stop de airconditioner en druk vervolgens
tegelijkertijd op de
SET-toets en
LOUVER-toets gedurende drie seconden of
meer.
Het volgende wordt weergegeven indien er enkel één buitenapparaat is
aangesloten op de afstandsbediening. Ga naar stap 4.
"
"
"
"
Het volgende wordt weergegeven indien er meerdere buitenapparaten
zijn aangesloten op de afstandsbediening.
"
"
"
"
2
Druk op de ▲- of ▼-toets (om de binnenapparatuur
te selecteren).
Selecteer de binnenapparatuur waarvan de lamellen zijn ingesteld.
[VOORBEELD]
" ⇔ "
" ⇔ "
"
"
"
3
Druk op de
SET-toets. (bepalen van het
binnenapparaat)
Het geselecteerde binnenapparaat is vastgelegd.
[VOORBEELD]
"
" (licht gedurende twee seconden op)
"
"
"
"
4
Druk op de ▲- of ▼-toets. (selectie van lamellennummer)
Selecteer het lamellennummer aan de hand van de linker afbeelding.
[VOORBEELD]
" ⇔ "
" ⇔ "
"
"
"
Opmerking : Selecteer "
" in het geval van FDE. Overige
lamellennumerinstellingen hebben geen effect.
5
Druk op de
SET-toets. (Bepaling van het
lamellennummer)
Selecteer de bovengrens van het bewegingsbereik van de lamellen.
[VOORBEELD] Als de lamellen met lamellennummer 1 zijn geselecteerd,
" ←huidige bovengrenspositie
"
6
Druk op de ▲- of ▼-toets. (selectie van de
bovengrenspositie)
Selecteer de bovengrens van het bewegingsbereik van de lamellen.
"position 1" is de meest horizontale en "position 6" de meest neerwaartse
positie.
"position --" is het nummer dat de positie terugzet naar de standaard
fabriekswaarde. Als u terug wilt keren naar de standaard fabriekswaarde,
selecteert u "position --".
"
" (De meest horizontale)
⇔ "
"
⇔ "
"
⇔ "
"
⇔ "
"
⇔ "
" (De meest neerwaartse)
⇔ "
" (Terug naar de standaard fabrieksinstellingen)
" ⇔
" ⇔
9

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières