Mortelslang Aansluiten; Spuitlans Aansluiten (Afb. 10) - WAGNER PLASTMAX Mode D'emploi

NL
4.3

MORTELSLANG AANSLUITEN

Mortelslang (afb. 9, 3) op de materiaalafvoer aansluiten en met
spanhefbomen (4) borgen.
Bij gebruik van een luchtslang met snelkoppeling: Bijgevoegde
adapter (7) op luchtaansluiting (8) monteren.
Verstuivingsluchtaansluiting (6) op de mortelslang aan de
adapter (7) resp. luchtaansluiting (8) koppelen.
Bij automatische versie: Afstandsbediening op de aansluiting
(5) schroeven.
6
92
4 3
7 8
4.4

SPUITLANS AANSLUITEN (AFB. 10)

In het toebehoren zijn verschillend grote mondstuk-
ken beschikbaar. Een kleinere mondstukdiameter
zorgt voor een fijnere verstuiving. Mondstukken
met een grotere diameter zijn geschikt voor
grofkorrelige materialen (De spuitkopmaat moet
tenminste drie keer de korrelgrootte bedragen, b.v.
korrelgrootte kunstharspleister –> 3 mm spuitkop-
maat –> 10 mm)
Kies de voor het materiaal geschikte gronderingspuitkop uit.
Let erop, dat het luchtboorgat
vrij is. Reinig de boringen
indien nodig met een
reinigingsnaald (0342 916).
Structuurspuitkop (Afb. 10, 3) op gronderinglans steken.
Sluit de spuitlans (1) op de materiaalslang aan en borg hem
met spanhefbomen (8).
Koppel de verstuiverluchtaansluiting (7) aan de luchtslang van
de mortelslang.
Alleen automatische versie: Koppelingsstekker (5) voor afstand-
sbediening op stuurkabel van de mortelslang vastschroeven.
8
7
5
5
PlastMax
2
1
3