6 - DESCRIPTION ET UTILISATION DE LA
CONSOLE
► Description de la console :
A - Touche marche / arrêt
B - Capture d'écran si clé USB branchée.
C - Retour au menu d'accueil
D - Écran d'affichage tactile
► Démarrage de la console :
Appuyer quelques seconde sur la touche marche / arrêt (A).
Attendre jusqu'à ce que toutes les applications et tâches soient
chargées.
► Mode gestion semoir :
①- Menu « WORK »
②- Menu « TEST »
③- Menu « DATA »
④- Menu « SET »
Les menus et sous-menus sont indiqués par un petit coin noir dans
le domaine de symbole.
Les autres champs de symboles activent une étape de travail
spécifique.
6 - BESCHREIBUNG UND BENUTZUNG DER
STEUERKONSOLE
► Beschreibung der Steuerkonsole:
A - Display
B - Navigationstasten
C - Navigationsrad
D - Escape-Taste
E - Start-/Stopp-Taste
F - Unabhängiges Voltmeter, das die vom System verwendete Spannung
anzeigt
► Starten der Steuerkonsole:
Einige Sekunden auf die Start-/Stopp-Taste (A) drücken.
Warten, bis alle Anwendungen und Tasks geladen wurden.
► Hauptmenü-Modus:
① - Menü „WORK"
② - Menü „TEST"
③ - Menü „DATA"
④ - Menü „SET"
Die Menüs und Untermenüs werden durch ein kleines schwarzes
Dreieck im Symbolbereich angezeigt.
Die anderen Symbolfelder aktivieren einen besonderen Arbeitsgang.
6 - DESCRIPTION AND USE OF THE
► Description of the console:
A - Display
B - Navigation keys
C - Navigation knob
D - Escape key
E - On/off key
F - Independent voltmeter which indicates the voltage used by the
system
► Starting up the console:
Press and hold down the on / off (A) key for a few seconds.
Wait until all the applications and tasks have loaded.
► Main menu mode:
①- "WORK" menu
②- "TEST" menu
③- "DATA" menu
④- "SET" menu
The menus and sub-menus are indicated by a small black wedge in
the symbol area.
The other symbol fields activate a specific operating step.
6 - BESCHRIJVING EN GEBRUIK VAN DE
BESTURINGSEENHEID
► Beschrijving van de besturingseenheid:
A- Beeldscherm
B- Navigatietoetsen
C- Navigatiewieltje
D- Escape-toets
E- Aan/uit-toets
F- Onafhankelijke voltmeter, die de door het systeem gebruikte spanning
aangeeft
► Inbedrijfstelling van de besturingseenheid:
Houd de toets Aan/Uit (A) enkele seconden ingedrukt.
Wacht tot alle applicaties en taken opgeladen zijn.
► Beheermodus zaaimachine:
① - Menu "WORK"
② - Menu "TEST"
③ - Menu "DATA"
④ - Menu "SET"
De menu's en submenu's worden aangegeven d.m.v. een zwart
hoekje in het symboolgebied.
De andere symboolvelden activeren een specifieke werkfase.
21
CONSOLE