8.3.3.
Interface-eigenschappen
• De USB-versies 1.0 en 2.0 zijn geschikt voor datalogging.
• USB 3.0 is niet compatibel.
• De USB-stick moet als FAT32 of FAT16 geformatteerd zijn (NTFS is niet geschikt).
• De datalogmodule is getest met gangbare USB-sticks met een geheugen van 4 GB, 8 GB, 16 GB en 32 GB.
• Het indicatielampje 'USB-stick ingestoken in USB-poort' aan de bovenkant van de behuizing bevestigt dat er
een compatibele USB-stick is ingestoken.
8.3.4.
USB-stick insteken en verwijderen
8.3.5.
Indicatielampje 'Gegevensoverdracht'
Display
Beschrijving
Het indicatielampje 'Gegevensoverdracht' knippert als er gegevens naar de USB-stick
worden geschreven.
8.3.6.
Realtimeklokfunctie
• In de datalogmodule is een realtimeklok met back-upbatterij geïntegreerd voor de datum- en tijdsaanduiding.
• De klok houdt rekening met schrikkeljaren.
• Zomer- en wintertijden moeten handmatig worden ingesteld.
• Met de realtimeklokfunctie kunnen meetwaarden en bestanden van een datum- en tijdstempel worden
voorzien.
• Aanwijzing:
De datum- en tijdstempel van een bestand geeft het tijdstip weer waarop het bestand voor het laatst werd
bewerkt en niet het tijdstip waarop het bestand werd aangemaakt.
• De interne batterij heeft een levensduur van circa 10 jaar.
• Zie de paragraaf voor het instellen van datum en tijd.
⇒
De USB-poort (1) voor de USB-stick bevindt zich aan de
bovenkant van de behuizing onder een afdekking (2) die
eenvoudig kan worden verwijderd.
⇒
Bewaar de afdekking van de USB-poort goed of plaats deze
weer op de poort, wanneer deze niet wordt gebruikt.
⇒
De USB-stick mag alleen worden verwijderd als er geen
gegevens worden overgedragen van de regelaar naar de
stick.
⇒
De regelaar kan in gebruik zijn als de USB-stick wordt
ingestoken of verwijderd. Toch adviseren we het apparaat uit
te schakelen als u de USB-stick insteekt of verwijdert.
⇒
Het indicatielampje 'USB-stick ingestoken in USB-poort' (3)
aan de bovenkant van de behuizing gaat uit zodra de USB-
stick is verwijderd.
247 / 384 - NL -