3. Configuraties voor montage met Stopfor™ AP
• De ankerlijn is verticaal (0° tot 30° in het verhouding tot het
verticaal vlak) opgesteld. Eenmaal de rem geblokkeerd, kan de
gebruiker hangend werken, hij wordt vastgehouden door
de Stopfor™ die tegelijk de rol van valbeveiliging waarborgt
(Fig. E en G, bladzijde 82).
De ankerlijn mag geen speling vertonen tussen het
verankerpunt en de Stopfor™. Men moet ervoor zorgen dat
de lengte van de ankerlijn voldoende is.
4.Vrije valhoogte (Fig. A, bladzijde 82)
ATTENTIE:
Voor ieder gebruik is het verplicht te controleren of de
doorrijhoogte (L) onder het apparaat hoger is dan de som van
twee maal de lengte van de gebruikte leiriem (L1), plus één meter
NL
voor het remmen (L2), plus één veiligheidsmeter (L3), plus de
elastische uitrekking van het gebruikte touwwerk.
5. Gebruiksomgeving
• de gebruikelijke omstandigheden op een werf in open lucht,
• een temperatuurbereik begrepen tussen -40°C en +60°C,
• de omstandigheden in zeemilieu,
• bij
werken
waarbij
zandstralen...) dient het toestel tegen de introductie van het
product in de Stopfor™ te worden beschermd.
6.Reddingsoperaties
De reddingsoperaties die voorzien moeten worden in geval van
een door de Stopfor™ gecontroleerde val, moeten voorafgaand
onderwerp hebben uitgemaakt van een geprogrammeerde studie
om de menselijke middelen en de materialen te bepalen die
gebruikt moeten worden om een slachtoffer binnen een termijn
van minder dan 15 minuten te redden. Als deze termijn verstreken
is, verkeert deze persoon in levensgevaar.
Onderzoek vóór gebruik
Controleer:
• of de behuizing of de zijstukken geen beschadiging vertoont;
• visueel de staat van de ankerlijn en van de lijn;
• de doeltreffendheid van de blokkering van de Stopfor™,
gemonteerd op de ankerlijn, door een krachtige ruk aan het
toestel in de tegenovergestelde richting dan deze aangeduid
door de pijl die zich op de behuizing bevindt;
• doe de hendel naar boven draaien en controleer het loskomen
van de klembek en de verplaatsing van de Stopfor™ op de
ankerlijn;
• de installatieomstandigheden van het systeem (zie hoofdstuk
"installatie");
• of de Stopfor™ correct op de ankerlijn is georiënteerd;
• de staat van de samenstellende onderdelen, harnas en
connectors.
Gebruiksvoorwaarden
De gebruiker verbindt de Stopfor™ op zijn harnas via de lijn (L).
Hij installeert de Stopfor™ op de ankerlijn (C).
De hierna te volgen procedure is onderstaand beschreven:
Voor de Stopfor™ A, S, AP, M
• Open het toestel door met de linkerhand op het slot te drukken
en draai de gekartelde knop met de rechterhand los;
• De Stopfor™ moet op de ankerlijn gemonteerd zijn zodanig dat
de pijl naar boven is gericht, toestel vergrendeld. Als de pijl naar
beneden is gericht, verhindert het polariserend slot de sluiting
van het toestel;
22
OPGELET
men
producten
projecteert
• Plaats de ankerlijn in de carter; sluit en draai de gekartelde knop
krachtig vast.
In geval van een val Stopt de Stopfor™ automatisch de val.
Voor de Stopfor™ K, KS, KM, KSM / Stopfor™ B, BS BM, BSM
• Open het toestel door het mobiel zijstuk te doen draaien.
• Kantel de nok aan de hand van de stift om de doorgang van de
ankerlijn te bevrijden.
• Plaats de ankerlijn tussen de afknijping en de nok.
• Sluit het mobiel zijstuk tot aan de aanslag van de afknijping.
• Plaats de connector M10 in de gaten van de TWEE vaste en
mobiele zijstukken hetgeen de vergrendeling van het toestel
mogelijk maakt.
• De Stopfor™ moet op de ankerlijn georiënteerd zijn met de pijl
naar boven gericht, het toestel vergrendeld.
Bij een val, stopt de Stopfor™ automatisch de val.
Transport en opslag
De Stopfor™ alsook de leiriem en de ankerlijn moeten uit de buurt
van vocht en op een temperatuur tussen -40°C en +60°C
opgeslagen worden.
Tijdens het transport en de opslag beschermt u de installatie
tegen aanvallen van buitenaf (scherpe randen, directe
warmtebron, chemische producten, Uv-straling,...).
(verf,
Onderhoud en herstel
Een regelmatig onderhoud dient door de gebruiker te worden
uitgevoerd. Naast de in hoofdstuk "Onderzoek voor gebruik"
beschreven controles, dient het volgend onderhoud te worden
uitgevoerd:
• Als de ankerlijn vuil is, moet het met helder en koud water
worden gewassen, eventueel met een wasmiddel voor delicate
was; gebruik hierbij een synthetische borstel.
• Als de ankerlijn tijdens het gebruik of tijdens een wasbeurt nat
geworden is, moet men het natuurlijkerwijs laten drogen in de
schaduw en beschermd tegen alle warmtebronnen;
• Inspecteer vóór elk gebruik visueel de ankerlijn over de
volledige lengte;
• Ernstige, niet zichtbare schade kan de weerstand van de
ankerlijn aantasten. Tractel
ankerlijn niet toe te staan zonder voorafgaande controle van de
verantwoordelijke van de uitrusting;
• Zuren, oliën en brandstof die in contact komen met de ankerlijn
tasten de weerstand ervan aan. De polyamide vezels van
de ankerlijn worden op dat moment door deze producten
beschadigd. De beschadiging van de vezels die hieruit
voortvloeit, is dus niet altijd zichtbaar met het bloot oog;
• Vermijd onnodige blootstelling van de ankerlijn aan de zon,
bewaar op een schaduwrijke plaats en beschermd tegen vocht;
• Vermijd wrijvingen van de ankerlijn tegen scherpe kanten of
schurende oppervlakken.
• Bewaar de ankerlijn in een zak voor de bescherming en het
transport ervan. Tractel
hoogtewerken verschaffen;
• De Stopfor™ vereist geen enkel bijzonder onderhoud. Een
reiniging met zeepwater is echter aanbevolen.
• Het jaarlijks onderhoud en de herstellingen worden door Tractel
of door een erkend reparateur uitgevoerd.
Contra-indicaties bij gebruik
Het is verboden:
• de Stopfor™ te gebruiken voor andere doeleinden dan het
stoppen van hoogtevallen,
• de Stopfor™ te gebruiken als ophangmiddel van de gebruiker of
van een andere last,
®
beveelt dus aan het gebruik van de
®
kan een aangepaste tas voor
®