Philips RESPIRONICS Trilogy Mode D'emploi page 142

De batterij is leeg
Dit informatiebericht wordt weergegeven wanneer de desbetreffende batterij volledig leeg is. Het apparaat blijft werken
met de volgende beschikbare stroombron.
Externe batterij niet aangesloten
Dit informatiebericht wordt weergegeven wanneer de stroomtoevoer van de externe batterij is onderbroken en het
apparaat is overgeschakeld naar een andere stroombron (een afneembare batterij, indien aangesloten, of de interne batterij
als er geen andere bron beschikbaar is). Wanneer de stroomtoevoer van de externe batterij wordt hersteld, genereert het
beademingsapparaat een pieptoon, maar er wordt geen bericht weergegeven op het scherm.
Afneembare batterij niet aangesloten
Dit informatiebericht wordt weergegeven wanneer de stroomtoevoer van de afneembare batterij is onderbroken en
het apparaat is overgeschakeld naar een andere stroombron (de interne batterij als er geen andere bron beschikbaar is).
Wanneer de stroomtoevoer van de afneembare batterij wordt hersteld, genereert het beademingsapparaat een pieptoon,
maar er wordt geen bericht weergegeven op het scherm.
Start op batterijen
Dit informatiebericht geeft aan dat het beademingsapparaat is gestart op batterijvoeding en dat er geen wisselstroom
beschikbaar is. De bediener van het apparaat moet verifiëren of dit de bedoeling is.
Kaartfout
Dit informatiebericht wordt weergegeven als een onbruikbare SD-kaart in het beademingsapparaat wordt geplaatst. Het
apparaat blijft werken, maar er kunnen geen gegevens worden geregistreerd op de SD-kaart.
Tabel met overzicht van alarmen
De Tabel met overzicht van alarmen in deze toevoeging vervangt de informatie over alarmen bij 'Tabel met overzicht van alarmen'
in hoofdstuk 6 van de Trilogy-handleiding. In de volgende tabel ziet u een overzicht van alle patiëntalarmen, systeemalarmen en
informatieberichten en wat u moet doen als een alarm optreedt. Er zijn drie alarmtypen:
• Hoge prioriteit – De bediener moet onmiddellijk reageren.
• Matige prioriteit – De bediener moet zo snel mogelijk reageren.
• Lage prioriteit – De bediener moet zich hier bewust van zijn. Deze alarmen wijzen erop dat de status van het
beademingsapparaat is veranderd.
Het beademingsapparaat geeft ook informatieve berichten en bevestigingswaarschuwingen weer, om u te wijzen op toestanden
waaraan aandacht moet worden geschonken, maar die geen alarmtoestand vormen.