FRANÇAIS
Perfectionnez vos enregistrements Geavanceerde opnamefuncties
Utilisation du zoom numérique
✤ Cette option n'est disponible qu'en mode caméscope.
Zoom avant et arrière
✤ L'utilisation du zoom est une technique d'enregistrement qui
vous permet de changer la taille d'un sujet.
Le zoom apporte à vos films une touche plus professionnelle,
mais doit être utilisé avec parcimonie.
✤ Vous pouvez sélectionner la vitesse de zoom.
✤ Utilisez ces fonctions pour varier vos plans.
Notez cependant qu'une utilisation trop fréquente risque de
donner un aspect d'amateurisme à vos films et réduit la durée
de vie de la batterie.
1. Déplacez doucement le bouton du zoom
pour un zoom très progressif, et plus vite
pour un zoom rapide.
Vous pouvez contrôler l'effet à l'écran.
2. Vers le "T" (téléobjectif):
le sujet se rapproche.
3. Vers le "W" (grand
angle) : le sujet
s'éloigne.
Important
Vous pouvez filmer un sujet qui se trouve à une distance minimale
d'un mètre de l'objectif en position TELEOBJECTIF (T), ou à environ
10 mm en position GRAND ANGLE (W).
46
46
Digitale zoom
✤ De zoomfunctie werkt alleen in de standen CAMERA.
In- en uitzoomen
✤ Met de zoomfunctie kunt u de vergroting instellen waarmee uw
onderwerp wordt opgenomen.
U krijgt betere opnamen wanneer u spaarzaam en gericht
gebruik maakt van de zoomfunctie.
✤ De zoomsnelheid is variabel.
✤ Met behulp van de zoomfunctie kunt u uw opnamen
afwisselender en aantrekkelijker maken.
U moet er wel op letten dat u de zoom niet al te vaak gebruikt.
Dit ziet er al snel minder professioneel uit en bovendien is de
batterij dan sneller leeg.
1-1
1-2
TELE
WIDE
Opmerking
In de stand TELE (inzoomen) kunt u een onderwerp filmen dat zich op
minimaal 1 meter afstand van de lens bevindt; in de stand WIDE
(uitzoomen) moet het onderwerp zich minimaal op 10 mm van de lens
bevinden.
NEDERLANDS
1. Verschuif de zoomhendel iets naar links of
rechts om langzaam in- of uit te zoomen en
verder naar links of rechts om snel in- of uit
te zoomen. De zoomstatus wordt
weergegeven op het scherm.
2. Stand T (Tele)
inzoomen:
Het onderwerp lijkt
dichterbij.
3. Stand W (Wide,
Groothoek)
uitzoomen:
Het onderwerp lijkt
verder weg.